29 oktober 1964
205
tennes op gemeentewoningen".
d. idem bij besluit d.d. 22 september 1964, no. 84, van besluit model D,
no. 7, tot wijziging van de gemeentebegroting 1964.
e. idem bij besluit d.d. 6 oktober 1964, no. 66, van besluit model D, no. 10,
tot wijziging van de gemeentebegroting 1964.
f. mededeling van gedeputeerde staten d.d. 13 oktober 1964, no. 302, dat
zij geen bedenking hebben tegen het raadsbesluit d.d. 24 september
1964, no. 113 „Aanvulling salaris ambtenaren tot minimum bedrag".
g. besluit van gedeputeerde staten d.d. 15 september 1964, no. 4, waarbij
de beslissing op het raadsbesluit tot aankoop van grond van de ge-
meente Amsterdam, gelegen ten zuiden van de Rlvierenbuurt, door hen
is verdaagd voor ten hoogste twee maanden ingaande na verloop van
de in het eerste lid van artikel 230 der gemeentewet genoemde termijn
\van drie maanden. <- oAmjio-i
hoofdinspecteur _vanpehtie; -g4=endbe4«j£-vooroohotkao6e ufduling
in het 2e kwartaal 1964: gemeente-ontvanger.
in het 3e kwartaal 1964: gemeente-ontvanger, heemsteedse stichting
voor financiële hulp aan studerenden; schoolartsendienst; sportparken;
hoofdinspecteur van pohtie; grondbedrijfvoorschotkas 6e afdeling
gezondheidshuis.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders worden
de stukken genoemd onder a tot en met h, zonder hoofdelijke stemming,
voor kennisgeving aangenomen.
Nota van burgemeester en wethouders inzake het drogen van wasgoed
op vanaf de openbare weg zichtbare plaatsen.
Mevr. Vriesendorp zegt, dat uit deze nota blijkt, dat burgemeester en
wethouders de notulen van de vorige begrotingsvergadering goed hebben
doorgelezen. Het gaat spreekster er niet om de burgers te verhinderen
hun wasgoed op de plaats te hangen die ze zelf verkiezen, maar zij zou
heel graag willen, dat bij nieuw te bouwen woningblokken, een hint ge-
geven kon woiden, dat aithans een deel van de balcons die van de open-
bare weg af zichtbaar zijn, afgezet wordt met matglas. (Spreekster bedoel-
de blijvend open roosterwerk, waar van buiten af niet doorheen gekeken
kan worden). Dat wordt ook in andere gemeenten wel gedaan en dan
heeft de burgerij geen uitzicht op het wasgoed. Misschien kan dat be-
sproken worden met degenen die gaan bouwen.
De heer Van der Linden meent, dat als op het verzoek van mevr. Vrie-
sendorp wordt ingegaan, het noodzakelijk zal zijn, dat de bouw- en wo-
ningverordening wordt gewijzigd, zodat het voor particuliere bouwers ook
verplichtend wordt gesteld. Spreker heeft er helemaal geen bezwaar te-
gen dat wasgoed buiten gedroogd wordt, want dat is iets noodzakelijks.
Wil men dit verbieden voor nieuw te bouwen woningcomplexen dan zal
het ook bij particuliere woningbouw verboden moeten worden. Spreker ziet
vanuit zijn woning ook wel eens wasgoed hangen. Men moet echter de
was kunnen drogen en in een flat is het niet mogelijk dat binnen te doen.
Mevr. Vriesendorp meent, dat het toch best mogelijk is een deel van een
lang balcon af te schermen met blijvend open roosterwerk of stores.
Spreekster bedoelt niet balcons aan de achterkant van de woningen maar
balcons zichtbaar van de openbare weg af.
Wethouder Van Wijk zal deze zaak uiteraard allereerst voorleggen aan
de vrouwenadviescommissie. Spreker zal zich dan gesterkt weten ten aan-
zien van de vraag of achter matglas dezelfde droogtegraad kan worden
bereikt als in de vrije openlucht. De vraag is echter wat flats betreft niet
actueel, want spreker gelooft dat in het bouwplan Glip II geen flats voor-
