18 december 1964
317
voor gasstellen met 1 of 2 pitten. Dat was toen voldoende. Later zijn de
gasstellen veelal vervangen door gasovens en er zijn geisers bijgekomen,
zodat zelfs voor het stadsgas de leidingen vaak niet meer voldoende zijn.
Ze leveren nog geen gevaar op, maar als het aardgas komt, kan het gevaar
gaan opleveren en daarom wordt nu, op grond van de installatievoorschrif-
ten, een controle ingesteld. Als de leidingen nu aangepast worden voor
grotere hoeveelheden stadsgas, zijn ze aanstonds ook geschikt voor het
aardgas.
De heer Van der Hulst vraagt aan te dringen op een spoedige sluiting
van het contract met de Hoogovens. Dat is echter al meermalen gebeurd.
Spreker kan daaromtrent meedelen, dat op 9 december door de N.V. Gas-
voorziening noord-west Nederland een telegram is gezonden aan de minis-
ter van economische zaken over de onderhandelingen tussen de Gasunie
en de Hoogovens. In dat telegram is tevens herinnerd aan het in septem-
ber aan de minister gedane verzoek, de voorzitters van de S.R.O.G. en de
Gasvoorziening noord-west Nederland in audiëntie te ontvangen, ten einde
een en ander te bespreken. Op 8 december is door de N.V. Gasvoorziening
nog een brief gezonden naar de Kamer van Koophandel om in samenwer-
king met de andere Kamers van Koophandel invloed uit te oefenen tot
verbetering van deze situatie en op 11 december is een soortgelijke brief
gezonden aan gedeputeerde staten van Noord-Holland. Dit heeft men mis-
schien niet voldoende uit de stukken kunnen lezen. Spreker moet toch
zeggen dat met voortvarendheid is gedaan wat mogelijk was. Bij de
begrotingsbehandeling van Haarlem zijn dezelfde vragen gesteld en daar
is hetzelfde antwoord op gegeven dat spreker nu geeft.
De heer Brandsma vindt, dat er een onduidelijkheid in het betoog van
de wethouder zit. Hij begint met te zeggen dat de gasleidingen wel gecon-
troleerd worden maar niet op aardgas. Even later zegt hij dat, als de
leidingen gecontroleerd zijn, ze ook geschikt geacht worden voor aardgas.
Wat is er nu precies aan de hand. Wordt er nu wêl gecontroleerd voor
aardgas of niet. Want wordt dat niet gedaan, dan zou dat impliceren dat,
als het aardgas komt, de leidingen opnieuw moeten worden getest.
Wethouder Bekker: ,,De gasleidingen worden huis voor huis gecontro-
leerd."
De heer Brandsma: ,,Waarop?"
Wethouder Bekker: ,,Opdat als straks het aardgas komt, de leidingen
geen lekkages hebben."
De heer Brandsma: ,,Als nu geconstateerd wordt dat de leidingen wel
ongeschikt zijn voor aardgas."
Wethouder Bekker zegt, dat in oude huizen leidingen liggen die heel
smal zijn. Zij waren voldoende voor de gastoestellen die toen in gebruik
waren. Nu is de gasapparatuur veelal uitgebreid. De leidingen zijn nu ook
nog net aan voldoende en leveren nog geen gevaar op, maar als straks het
aardgas komt, dan leveren zij wel gevaar op. Nu moet men dat aardgas
even overslaan. Op grond van de installatievoorschriften zijn die oude
leidingen in feite al ongeschikt voor gewoon gas. Tot op heden ging het zo,
dat, als iemand klaagde over het feit dat hij geen druk op het gas had, de
leidingen op grond van de installatievoorschriften werden afgekeurd en
dus vernieuwd moesten worden. Dat gebeurt nu alleen met wat meer
spoed omdat, als er straks aardgas komt, de leidingen wel gevaar gaan
opleveren. Dat is logisch.
De heer Brandsma vindt vandaag de tijd te kostbaar om er verder op
door te gaan. Spreker leeft nog altijd in de veronderstelling, dat is mis-
schien een idée fix van hem, dat de komst van het aardgas ons zal over-
