26 2e afd. 25 februari 1965 VIERDE WIJZIGING ALGEMEEN AMBTENAKENKEGLEMENT De Raad der gemeente Heemstede; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders, alsmede de ad- viezen van het Centraal Bureau inzake gemeenschappelijke behandeling van gemeentelijke personeelsaangelegenheden en van de commissie van overleg voor het gemeentepersoneel; BESLUIT: het Algemeen Ambtenarenreglement, vastgesteld bij raadsbesluit van 28 april 1960, no. 58, en laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 25 juni 1964, no. 82, te wijzigen als volgt: A. I. In het eerste lid, tweede volzin, van artikel 17, wordt in plaats van de zinsnede ,,alsmede de in lid 2 bedoelde prestatiebeloning" gelezen: ,,alsmede ingeval daarin bij of krachtens vorenbedoel- de verordening is voorzien de aan de ambtenaar toegekende prestatiebeloning". II. Het tweede lid van artikel 17 wordt gelezen als volgt: Indien en voor zover het salaris van de ambtenaren wordt be- paald met behulp van een methodische waardering van hun ambt geven burgemeester en wethouders nadere voorschriften met be- trekking tot die waardering. Bij die voorschriften kan worden be- paald, dat ingevolge de in het eerste lid bedoelde verordening genoten persoonlijke toelagen of ambtstoelagen worden gewijzigd of vervallen, indien en voor zover deze toelagen hun grond vinden in omstandigheden, die bij de waardering van het ambt in aan- merking worden genomen met dien verstande, dat het salaris van de ambtenaar geen vermindering zal ondergaan. B. I. Artikel 44, le lid, wordt na de aanhef gelezen als volgt: a. gedurende 18 maanden de volle bezoldiging en daarna 3 jaren 80% der bezoldiging voor zover het betreft een ambtenaar in vaste dienst met een werkelijke diensttijd van meer dan 10 jaren; b. gedurende 12 maanden de volle bezoldiging en daarna 2 jaren 80% der bezoldiging voor zover het betreft een ambtenaar in vaste dienst met een werkelijke diensttijd van 10 jaren of korter, dan wel een ambtenaar in tijdelijke dienst. Onder werkelijke diensttijd wordt verstaan de in overheidsdienst doorgebrachte tijd, welke aan de verhindering voorafgaat. II. Het 2e lid van dit artikel wordt gelezen als volgt: 2. Na het verstrijken van de termijn, waarover voor het laatst 80% der bezoldiging wordt genoten, kan de uitbetaling daar- van worden voortgezet, indien blijkens ingewonnen advies ge- noegzaam uitzicht op herstel bestaat. III. Na het tweede lid worden ingevoegd twee nieuwe leden 3 en 4, luidende: 3. Ingeval voor een ambtenaar, die een hoofdbetrekking in dienst der gemeente bekleedt, 80% der bezoldiging minder bedraagt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1965 | | pagina 17