24 juni 1965
155
moet bouwen? Daar g-aat het spreker om. Spreker wil altijd heel graag
naar de deskundigen luisteren. Wanneer de raad een taxatierapport krijgt
van een te goeder naam en faam bekend staande expert, waaruit blijkt
dat deze grond f 400.000,waard is, dan moet spreker zeggen dat het
wel goed zal zijn. Maar spreker heeft de overtuiging dat wil hij hier
wel ronduit zeggen dat de gevraagde prijzen marktprijzen zijn, niet in
de zin van de werkelijke waarde die de grond en de opstallen hebben,
maar in de zin van de markt van vandaag. Vandaag de dag kan men
misschien 150 200% vragen van de werkelijke waarde, want de ge1-
meente moet de grond nu eenmaal hebben. Spreker wil nogmaals zeggen
dat hij helemaal niet van de wethouder verlangt dat hij garandeert dat
precies op dit stuk grond de woningwetwoningen zullen worden gebouwd,
maar hij moet er wel licht in zien of het bouwprogramma, dat we toch
allemaal zo'n beetje in ons hoofd hebben, inderdaad ten uitvoer kan wor-
den gelegd. Als hij dat licht niet ziet moet hij dat zeggen.
De voorzitter vraagt zich af welke bezwaren er tegen bestaan om alsnog
een deskundige in te schakelen. De raad dient de zekerheid te hebben dat
niet te veel wordt betaald.
De heer Brandsma voeit daar alles voor.
De heer Enschedé zegt, dat de heer Brandsma heeft gezegd, dat de
eigenaar marktprijzen vraagt, alsof dat onbehoorlijk is. Spreker wil er op
wijzen dat de eigenaar ter vervanging van zijn grond en opstallen elders
ook tegen marktwaarde moet kopen respectievelijk moet laten bouwen.
Hij heeft dus recht op een schadevergoeding gebaseerd op de marktwaarde.
De heer Brandsma: ,,Ik heb dus willen zeggen dat hier van de situatie
misbruik wordt gemaakt en dat de eigenaar dus meer vraagt dan de
werkelijke waarde van de goederen is^^, u-)
De voorzitter: ,,En 'âaarbij speelt ook een r«i dat do-belastingschaée ook
een deskundige juist."
Wethouder Van Wijk wil nog even antwoorden op de vraag van de heer
Brandsma of hij er licht in ziet. Evengoed als spreker er licht in zag toen
een baron aan de gemeente grond verkocht voor f 75,per m2 aan de
weg, ziet spreker er licht in dat nu grond voor f 40,bouwrijp aan de
weg wordt gekocht. Anders zou het college met dit voorstel niet zijn
ge'komen.
De voorzitter: En daarbij speelt ook een rol dat de belastingschade ook
voor rekening van de gemeente komt. Dat is een onzekere factor. Die
voorwaarde is ook nog nooit gesteld."
De heer Enschedé: „Als die schade er is, dan moet die natuurlijk vergoed
worden."
De voorzitter: ,,Dat is een onzekere factor ten aanzien van het bedrag
dat de gemeente zal moeten betalen."
De heer Kutgers meent, dat als de mcerderheid van het college over-
tuigd is dat de prijs goed is zij er geen bezwaar tegen kan hebben dat
die prijs wordt vastgelegd in een taxatierapport zodat de raad zich er
overtuigd bij kan neerleggen. De tegenstand van het college op dit punt
is naar zijn idee overdreven. Wij hebben een voorlopig contract waaraan
de verkoper gebonden is. Als de raad een taxatierapport krijgt en daaruit
blijkt dat de prijs goed is, dan is er niets aan de hand.
De voorzitter: „Dat hoeft helemaal niet Iang te duren."
De heer Rutgers zegt dat het moeilijker wordt wanneer uit het taxatie-
rapport zou blijken dat de prijs tweemaal zo hoog is als reëel. In dat