102
2e Afd.
29 juli 1965
Artikel 5.
Deze verordening- is van toepassing op toestellen welke:
a. geplaatst zijn in een sector waarin de distributie van stadsgas gewijzigd
zal worden in een distributie van onvervormd aardgas;
b. worden overgeplaatst uit een sector waar nog stadsgas wordt gedis-
tribueerd naar een sector waar reeds aardgas wordt gedistribueerd;
c. in verband met een verhuizing uit een andere gemeente worden ge-
plaatst in een sector waar reeds aardgas wordt gedistribueerd, zulks
gedurende de periode, dat in enige sector de distributie van stadsgas
nog' gewijzigd moet worden in een distributie van onvervormd aardgas.
Artikel 6.
Indien een huishoudelijk toestel naar het oordeel der directie niet voor
ombouw geschikt is of slechts tegen onevenredig hoge kosten kan wor-
den omgebouwd, wordt aan de verbruiker, die dit toestel aan de gemeente
in eigendom overdraagt en door tussenkomst van het voorlichtingscentrum
van de gemeente overgaat tot aanschaffing van een nieuw voor aardgas
geschikt toestel van dezelfde aard, een tegemoetkoming in de kosten
van aanschaffing verstrekt, onder de naam ,,inruilvergoeding".
Artikel 7.
De verbruiker die daartoe de wens te kennen geeft, kan, hoewel de in
zijn bezit zijnde huishoudelijke gastoestellen wel voor ombouw op aardgas
geschikt zijn, in het genot worden gesteld van een inruilvergoeding als
bedoeld in artikel 6, indien hij zijn toestellen niet laat ombouwen, doch in
eigendom aan de gemeente overdraagt en door tussenkomst van het voor-
lichtingscentrum der gemeente overgaat tot aanschaffing van voor
aardgas geschikte toestellen van dezelfde aard.
Artikel 8.
In afwijking van het bepaalde in de artikelen 6 en 7 ontvangt de ver-
bruiker die een één- en/of tweevlamskomfoor in eigendom aan de gemeen-
te overdraagt, van de gemeente gratis een één- respectievelijk tweevlams-
komfoor in eenvoudige uitvoering. In dit geval is artikel 13 van toepassing.
Wordt een komfoor in luxe uitvoering verlangd dan zijn de artikelen 11
en 12 van toepassing.
Artikel 9.
Het bepaalde in de artikelen 6, 7 en 8 is uitsluitend van toepassing op
de bij de verbruikers in gebruik zijnde huishoudelijke toestellen, waarvan
de constructie een veilig gebruik waarborgt en welke vanwege de ge-
meente zijn geregistreerd en van een kenteken voorzien.
Artikel 10.
Een inruilvergoeding voor een nog niet omgebouwd toestel kan slechts
worden toegekend van de dag af, waarop de uitnodiging tot bezoek aan
het voorlichtingscentrum der gemeente is verzonden, tot uiterlijk 30 dagen
na de in die uitnodiging genoemde termijn.
Artikel 11.
De inruilvergoeding, welke nimmer de aankoopkosten van het nieuw
aan te schaffen toestel zal overtreffen, zal bedragen: