210
30 september 1965
Vervolgens wordt de heer A. J. Zieltjens met 20 stemmen benoemd,
terwijl 1 stem wordt uitgebracht op de heer J. G. M. Gozeling.
IX. a. BENOEMING AMBTENAREN VAN DE BURGERLIJKE
STAND
b. BEZOLDIGING AMBTENAREN VAN DE BURGERLIJKE STAND
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgnos.
131a. Burgerlijke stand.
Uit de gehouden stemming blijkt dat de heren G. J. Kruiderink, J. A.
de Vries en mej. C. T. M. van Buuren met algemene stemmen zijn be-
noemd tot bezoldigd ambtenaar van de burgerlijke stand, met ingang van
1 januari 1966.
131b. Burgerlijke stand.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
X. OPHEFFING BETREKKING LEERKRACHT BRONSTEESCHOOL
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
132. Opheffing betrekking leerkracht Bronsteeschool.
De voorzitter deelt mede, dat de commissie voor het onderwijs zich hier-
mede kan verenigen.
Mevr. Cohen zegt, dat in de commissie voor het onderwijs over dit voor-
stel betrekkelijk weinig is gesproken waarschijnlijk omdat iedereen wel
inzag dat de voorgestelde oplossing goed was. Spreekster zou toch nog wel
graag enkele opmerkingen willen maken omdat in de commissievergadering
niet genoeg tot uiting is gekomen hoezeer haar fractie dit voorstel betreurt.
Burgemeester en wethouders schrijven in hun voorstel, dat het hoofd het
zeer wel mogelijk acht om vruchtdragend onderwijs te geven in een klas
van 65 leerlingen verdeeld over 2 leerkrachten, terwijl die klas toch altijd
in drieën was gesplitst. Dat betekent dus 32 en 33 leerlingen per leerkracht.
Dat dit mogelijk is, is al jarenlang bewezen, maar de vraag is echter of
het ook wenselijk is. Bij het middelbaar onderwijs mogen klassen gesplitst
worden bij 30 leerlingen en hier is dus een klas met een hoger leerlingen-
aantal. Spreekster meent dat een grote klas bij het mulo-onderwijs nog wel
een extra bezwaar geeft omdat daar alle lesuren speciaal leerlesuren zijn,
waarbij het van groot belang is dat de kinderen veel beurten krijgen, en
dat is ondoenlijk in een zeer grote klas. Spreekster heeft gehoord dat het
volgend jaar zich waarschijnlijk weer eenzelfde situatie zal voordoen. Het
leerlingenaantal blijft n.l. dalen, nu de geboortegolf van na 1945 is ver-
dwenen. Spreekster vraagt of burgemeester en wethouders het in deze tijd
nog verantwoord achten om klassen van meer dan 30 leerlingen te hand-
haven en of het niet, met alle consequenties van dien, de taak van de ge-
meente zal zijn om te zorgen dat er niet meer les wordt gegeven in klassen
die groter zijn dan 25 leerlingen. Spreekster hoopt dat burgemeester en
wethouders deze vraag in overweging zullen nemen en mocht aan haar
wens gevolg worden gegeven dat dan een beslissing ook tijdig wordt ge-
nomen, zodat er niet midden in het schooljaar een verandering zal komen
die dan alleen maar ten ongunste van de leerlingen zal werken.
Wethouder Corver antwoordt, dat, als hij mevr. Cohen goed begrijpt, zij
niet tegen dit voorstel is maar alleen de wens te kennen geeft dat burge-
meester en wethouders t.z.t., als er eventueel nog een verdere verlaging
van het leerlingenaantal op de Bronsteeschool optreedt, zodat de elfde
leerkracht zou moeten worden ontslagen, kleinere klassen vormen. Dat zou