214
30 september 1965
Volgens artikel 6 van de statuten wordt de directeur van de N.V. be-
noemd door burgemeester en wethouders van Haarlem, maar diens ontslag
is voorbehouden aan de aandeelhoudersvergadering. Spreker heeft altijd
geleerd dat de bevoegdheid van aanstelling en ontslag bij voorkeur in één
hand moet worden gehouden omdat men anders een wonderlijke situatie
kan krijgen. Als Haarlem b.v. de directeur van het gasbedrijf zou willen
ontslaan, zou de vergadering van aandeelhouders kunnen zeggen dat zij
hem willen handhaven. Dat lijkt spreker een wonderlijke figuur. Misschien
kan het college zeggen waarom dat zo is geconstrueerd.
Een ander punt dat niet direct een juridische kwestie betreft is,
dat de bezoldiging van de direeteur door de raad van commissarissen
wordt geregeld. Hebben burgemeester en wethouders er enig idee van
welk gedeelte van het salaris van de directeur van het gasbedrijf van
Haarlem door de N.V. wordt gedragen Ook daarover zou spreker graag
iets horen.
De heer Verhoeven wil nog weten waarom de commissarissen een hono-
rarium moeten genieten. Dat zijn toch allemaal leden van colleges van
burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten.
De heer Verkouw meent dat op het ogenblik alleen aan de orde is of in
samenwerking met de gemeenten in deze voordracht genoemd, een N.V.
zal worden opgericht. De vraag die de heer Verhoeven aan de orde heeft
gestelt n.l. of er straks meer of minder aardgas zal worden afgenomen,
is in dit verband niet belangrijk. Er zal aardgas komen en het gaat er
nu dus alleen maar om of het van belang is dat hierbij met andere ge-
meenten zal worden samengewerkt. Het nut daarvan is volgens spreker
in het voorstel van burgemeester en wethouders aangetoond. De positie
van Heemstede gaat er nog iets op vooruit. Vroeger had Heemstede een
contract met Haarlem en als dat eenmaal gesloten was had Heemstede
niets meer te zeggen. Nu heeft Heemstede via haar commissaris zeggen-
schap in de vergadering van commissarissen en als aandeelhoudster zeg-
genschap in de vergadering van aandeelhouders. Dat betreft dus de inkoop
van het gas met de daarbij behorende aspecten als b.v. de opslag van het
gas, de gemeenschappelijke werkplaats enz. Verder is in de commissie
voor de bedrijven meegedeeld, dat het ook van groot belang is dat de
verschillende gemeenten tevens gebruik kunnen maken van de propaangas-
installatie waarover de gemeente Haarlem beschikt. De propaangasinstal-
latie is bedoeld om de pieken op te vangen en daar beschikken de omlig-
gende gemeenten zelf niet over.
Spreker weet niet of de heer Kooijmans zo bij stem is om dit zelf te
zeggen, maar anders wil spreker met genoegen hier vertellen dat de heer
Kooijmans het dus met de heer Rutgers eens is, dat de wijze waarop de
gemeente Haarlem het spel heeft gespeeld, door deze zaak zo sterk te
koppelen aan het contract voor de elektriciteit, een methode de overheid
onwaardig is. Spreker heeft daar ook niet bij geapplaudiseerd. Hij mag er
aan de andere kant wel aan herinneren dat Heemstede zich ten aanzien
van de elektriciteitslevering in elk geval van Haarlem had kunnen ontlas-
ten, maar de raad heeft dat niet gewild. Ook is het bekend dat Haarlem
op het gascontract met Heemstede in de loop der jaren een belangrijk
bedrag heeft toegelegd. Spreker meent dat ook tussen gemeenten een
zekere vorm van koopmanschap mogelijk moet zijn. Hij vindt het heel
begrijpelijk dat Haarlem tracht van het geleden verlies iets terug te krij-
gen. Hij gelooft dat Heemstede in het omgekeerde geval hetzelfde zou
handelen.
Sprekers fraetie wil gaarne overnemen hetgeen burgemeester en wet-
houders in hun voorstel schrijven n.l. ,,Wij hebben het niet juist geacht om,
nu de samenwerking op breder terrein tussen de gemeenten in Zuid-Ken-
nemerland nog in een beginstadium verkeert, al dadelijk bij deze gelegen-
heid een afwijzende houding aan te nemen."