252
26 november 1965
ambtenaren, bij de gemeente werkzaam, in deze verzekering zijn opgeno-
men, dan is dat voor discussie vatbaar, evenals spreker het voor discussie
vatbaar acht om geen verzekering te sluiten. Men kan immers stellen dat
ieder deze risico's maar zelf moet dekken. Bij vele gemeenten bestaat nu
eenmaal een dergelijke verzekering voor het college van burgemeester en
wethouders, daarbij betrekkende de gemeentesecretaris. Burgemeester en
wethouders en ook de secretaris moeten dikwijls op reis om kennis te
nemen van alle mogelijke zaken de gemeente betreffende en hebben daar-
door het meeste risico van een ongeval. Dat is de beweegreden geweest
om deze verzekering in 1954 te sluiten. Wanneer men daarover een dis-
cussie zou willen dan is dat eigenlijk niet aan de orde, maar dat zou na-
tuurlijk aan de orde gesteld kunnen worden. Spreker zou dan graag nog
eens de argumenten van de raad willen horen waarom men eigenlijk deze
verzekering niet zou willen of zou willen uitbreiden. Spreker gelooft dat
uitbreiding van deze verzekering tot alle daarvoor in aanmerking komende
ambtenaren niet alleen ongebruikelijk is maar ook bijna niet mogelijk.
Wanneer men bij de essentie van dit voorstel blijft, gelooft spreker dat het
alleszins billijk is dat de bedragen die hier verzekerd zijn worden op-
getrokken tot bedragen die met het loon- en prijspeil en het salarispeil
van deze tijd overeenstemmen.
De heer Kooijmans zegt geen antwoord op zijn vraag te hebben gekre-
gen of het wel nodig is deze verzekering te handhaven nu de zinsnede ,,in
en door de dienst" vervalt.
De voorzitter vraagt zich af wat dat ermee te maken heeft. 's Avonds is
men b.v. niet meer in dienst. Spreker heeft b.v. zelf een aanvullende ver-
zekering gesloten voor ongevallen buiten diensttijd.
De heer Kooijmans zegt dat er onderscheid wordt gemaakt tussen ,,in
de dienst" en ,,in en door de dienst". Als iemand op weg naar b.v. Den
Haag een aanrijding krijgt en hij is in dienst dan krijgt hij het ongeval
niet door de dienst. Bij een ongeval heeft een ambtenaar er altijd mee te
maken of het hem in en door de dienst is overkomen, want als het ongeval
door de dienst is gebeurd is de uitkering hoger.
Wethouder Van Wijk: ,,Deze verandering en deze verzekering hebben
daar niets mee te maken."
Wethouder Corver: „Het is niet de bedoeling geweest om dat te ver-
anderen."
De heer Kooijmans vraagt in welk opzicht de positie van de burgemees-
ter en de secretaris moeilijker is dan van de overige ambtenaren.
De voorzitter zegt dat het college en de secretaris veel op de weg zijn,
maar er zijn ambtenaren die meer op de weg zijn dan de burgemeester en
de secretaris. Dat is geen argument.
Mevrouw Vriesendorp zegt dat deze verzekering zeer dringend nodig is
voor iedereen die door zijn functie veel op de weg is. H.i. zouden er dus
veel meer personen onder moeten vallen. Spreekster heeft zelf narigheid
meegemaakt doordat dit niet goed geregeld was. Spreekster zou erop
willen aandringen om voor meerdere mensen die daarvoor in aanmerking
komen dit risico te verzekeren.
Wethouder Corver gelooft dat mevrouw Vriesendorp gelijk heeft als zij
zegt dat meerdere personen ook verzekerd zouden moeten zijn en ook op
deze wijze wellicht. Daar valt iets voor te zeggen. Niet lang geleden heeft
het gemeentebestuur ervoor gezorgd dat ambtenaren die daarvoor in aan-
merking kwamen op zeer voordelige voorwaarden tegen een lage premie
een verzekering konden sluiten. De premie wordt dus niet door de
gemeente betaald. Men zou dus kunnen zeggen, waarom niet op gelijke
voet met deze verzekering? Daar is iets voor te zeggen. Burgemeester en