254
26 november 1965
Wethouder Corver: ,,Dië mogelijkheid zou misschien te vinden zijn."
De voorzitter zegt dat de gemeente voor de ongevallenverzekering der
ambtenaren administratief hulp verleent. Daardoor kon een lage premie
worden bedongen, hetgeen aan alle ambtenaren die daaraan deelnemen ten
goede komt.
De heer Kooijmans: „In de dienst hebben zij toch een ambtelijke ver-
zorging."
Wethouder Corver: „Die verzekering staat naast de ambtelijke verzor-
ging."
De heer Kooijmans: „Dat begrijp ik best. Daar gaat juist mijn bezwaar
tegen."
De voorzitter zegt dat nog nader zal worden bekeken of nog meerdere
ambtenaren in deze verzekering dienen te worden opgenomen.
De heer Kooijmans handhaaft zijn bezwaar want hij heeft geen afdoend
antwoord gehad op zijn vraag waarom de burgemeester en de secretaris
in deze verzekering opgenomen zijn. Spreker wil niet tegen stemmen om-
dat hij anders de wethouders zou duperen, want die hebben deze verzeke-
ring wel nodig, omdat zij in een heel andere situatie verkeren.
Wethouder Corver vindt het niet zo gemakkelijk om hier uit te komen.
Spreker begrijpt dus dat de heer Kooijmans bezwaar heeft tegen een
extra verzekering van ambtelijke figuren op kosten van de gemeente
boven de bestaande ambtelijke verzorging. Die hebben de wethouders
natuurlijk in mindere mate. Maar aan de andere kant zijn er vele bedrij-
ven die ook dergelijke verzekeringen voor hun personeel afsluiten. Men
kan natuurlijk zeggen dat dit teveel is, maar dat is een heel andere zaak.
De heer Verhoeven zegt dat vele bedrijven inderdaad soortgelijke ver-
zekeringen hebben voor personeel dat onder de pensioenregeling valt.
Spreker heeft in de financiële commissie een voorbeeld besproken waarin
zijn firma heel gelukkig was dat zij dit had gedaan en dat kan de gemeen-
te net zo goed passeren. Grote bedrijven verzekeren meestal hun mensen
die in het bedrijf of daarbuiten risico lopen. Zij hebben evengoed een extra
ongevallenverzekering iopen op dezelfde basis. Spreker vindt het helemaal
niet ongebruikelijk dat de gemeente, die toch een goede werkgeefster
moet zijn, dat ook doet.
De voorzitter: „Wij hebben dus akte genomen van de bezwaren van de
heer Kooijmans."
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming
vastgesteld.
XX. FLUORIDERING VAN HET DRINKWATER
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
174. Fluoridering van het drinkwater.
De voorzitter deelt mede dat de commissie voor de volksgezondheid zich
hiermede kan verenigen.
Mevrouw Vriesendorp is erg blij dat dit voorstel nu eindelijk ter tafel
ligt. Zij is burgemeester en wethouders dankbaar voor de bijzonder duide-
lijke toelichting. Het is ook wel goed dat deze zaak enkele jaren gelopen
heeft zodat iedereen zich in deze moeilijke materie heeft kunnen inwerken.
In deze raad behoeven gelukkig geen emotionele betogen pro en contra
over deze zaak te worden gehouden, want uiteindelijk is dit een kwestie