24 februari 1966
51
ning waar zij met hun gezin geleefd hebben. Wij weten dat dat bij bejaar-
den zwaarder weegt dan bij jongeren. A1 deze factoren zullen hebben mee-
gespeeld bij het niet beantwoorden van de gestelde vragen.
Het is nog niet zo, en nu beantwoordt spreker mevrouw Cohen, dat bur-
gemeester en wethouders zeggen dat zij een nader onderzoek met betrek-
king tot de bejaarden gaan instellen. Het staat aldus in de toelichting:
,,Terecht kan de vraag worden gesteld of het geen aanbeveling verdient
een afzonderlijk onderzoek in te stellen." Burgemeester en wethouders
zullen dit nog wel eens nader bezien en dat wordt dan ook geen gericht
onderzoek in die zin dat burgemeester en wethouders het een bepaalde
kant zouden willen uitsturen, maar daarbij zal ongetwijfeld de bejaarden-
woning een rol spelen. Als al de aanmeldingen voor een plaats in de be-
jaardenhuizen, 600 bij het algemene en naar spreker hoort 500 bij de
Bavo, zouden worden opgeteld, dan zou misschien blijken dat er meer aan-
meldingen zijn dan bejaarden of bejaarde gezinnen. Dat moet natuuriijk
voor een groot deel gezien worden als een reservering voor de toekomst.
Men moet goed in het oog houden dat er een groot verschil bestaat tus-
sen het reageren op dit onderzoek en het aanmelden bij een bejaardenhuis.
Spreker heeft de indruk dat die aanmeldingen eigenlijk vrijblijvend ge-
schieden. Als men er vroeg bij is zal men later nooit tegen de betrokkene
kunnen zeggen: als u daarvan gebruik wilt maken had u zich maar eer-
der moeten aanmelden.
Het is ook het college opgevallen dat zij die elders werken, over het al-
gemeen hier gaarne willen blijven wonen en dat slechts een klein per-
centage ook elders wil wonen. Dit is een duidelijke aanwijzing waarmede
rekening dient te worden gehouden.
De heer Scheer heeft enige opmerkingen gemaakt in enigszins gelijke
zin als spreker al heeft gedaan, nl., dat de bereidheid om een hogere huur
te betalen nog niet beslissend is Voor het kunnen betalen en wellicht voor
het moeten betalen, waarbij spreker weer direct wil stellen, dat er toch
wel een vrij grote categorie woningzoekenden is waarvan kan worden
aangenomen dat zij niet veel meer kan betalen, eigenlijk niet meer kan
betalen dan gesubsideerd wonen.
Mevrouw Cohen heeft nog gesproken over de motie die het college de
vorige maal niet heeft uitgevoerd. Dat zal wel zo zijn als zij dat zegt. Men
zou ook kunnen zeggen: ,,Hoe wijs heeft het college het toen al gezien
dat het houden van een enquête niet veel zin zou hebben." Burgemeester
en wethouders hebben eigenlijk met dit onderzoek mede de bedoelde motie
uitgevoerd. Spreker is er van overtuigd dat ook de bejaarden aan een
nieuwe wijze van wonen zullen moeten gaan wennen. De gehele ontwik-
keling van de maatschappij leidt er toe dat misschien een generatie zich
vroegtijdig aan deze idee gaat wennen, meer dan de bejaarden van nu in
hun leven hebben kunnen doen, toen er van bejaardenhuizen eigenlijk nog
niet zoveel sprake was. Spreker meent dat dat steeds gemakkelijker zal
gaan en dat men dan op latere leeftijd bereid zal zijn de eigen woning
hetzij voor kinderen hetzij voor anderen vrij te geven en zelf in een be-
jaardenhuis te gaan. Spreker heeft nog maar weinig bejaarden, die in
een bejaardenhuis zijn gaan wonen, horen zeggen dat zij daar spijt van
hadden. Zijn persoonlijke ervaringen zijn dat men achteraf zegt: ,,Wat ben
ik blij dat het zover is, wat hebben we nu een goede verzorging, wat loopt
het allemaal voortreffelijk en wat heb ik er ten onrechte tegenop gezien."
Spreker gelooft dat dat ook wel eens duidelijk mag worden gesteld.
Ten aanzien van de opmerkingen van de heer Kooijmans wil spreker nog
iets zeggen. Er staan geen 60 woningen in Heemstede leeg, maar 20. Er
staan meer huizen te koop, maar voor een groot deel van mensen die weer
een andere woning in de gemeente willen kopen, verkoop-koop dus. Die
kunnen we buiten beschouwing laten. Het college heeft zich nog recente-
lijk beraden over die 20 leegstaande woningen. Burgemeester en wethou-
