w
24 februari 1966
67
ten entameren. Ook de onderhoudskosten zullen ter sprake komen. Spre-
ker kent de heren genoeg om te weten dat daarover ook wel een woordje
zal vallen. Het zal een kwestie van onderhandelen zijn waarbij het college
naar sprekers idee wel hard mag wezen. Het gemeentebestuur draagt de
bejaardenhuizen een goed hart toe en heeft er con amore aan meegewerkt
dat zij tot stand kwamen. Spreker vindt wel dat het gemeentebestuur van
zijn kant enige medewerking van de stichtingsbesturen mag verwachten
met betrekking tot het openstellen van de terreinen voor de gemeente-
naren. Daar is bepaald wel behoefte aan. Spreker vindt het bijzonder jam-
mer dat er niet een andere geest uit het voorstel klinkt dan er nu uit klinkt
en dat het college eigenlijk het idee van een wandelpark heeft laten varen.
De heer Verhoeven zegt dat als er iemand voor het Overbos heeft ge-
vochten hij dat toch wel geweest is. Spreker herinnert zich dat daar zeifs
dramatische ogenblikken bij geweest zijn. Degenen die daarbij tegenwoor-
dig waren kunnen dat getuigen. Op het moment dat over deze zaak werd
gësproken en er van alle mogelijke zijden, die spreker niet nader wil aan-
duiden, allerlei angsten werden uitgesproken met betrekking tot het Over-
fcos, zijn die weggevaagd met de mededeling dat het Overbos een natuur-
terrein zou blijven en dat het mogelijk zou zijn dat de inwoners van Heem-
stede daar zouden kunnen wandelen. Dat is spreker door de voorzitter
als hij zich niet vergist en de secretaris, in elk geval ook door andere
bestuursleden van de stichting Huize St. Bavo, die tijdens de behandeling
van de zaak op de publieke tribune aanwezig waren, toegezegd. Hij staat
dan ook geheel achter het gesprokene door de heer Verkouw en de heer
Rutgers.
De voorzitter antwoordt dat men het over de historie van de kwestie
wel eens kan zijn. De oprechte bedoeling van iedereen die hierbij betrok-
ken was heeft bestaan om dit gebied dienstbaar te doen zijn voor bewoners
van de bejaardenhuizen en voor de inwoners van de gemeente, daargelaten
dat de bewoners van de bejaardenhuizen ook inwoners van de gemeente
zijn; ook dat element mag direct op de voorgrond worden gesteld. Het was
de bedoeling om hier vrije wandeling toe te laten en ook de minister heeft
naar aanleiding van de op Overbos rustende meldingsplicht, die wenselijk-
heid uitgesproken, in het vertrouwen, dat zich dat aldus zou ontwikkelen.
Het college heeft dit alles niet weggeschoven, maar de raad zelf heeft,
met het college, het gebouw van St. Bavo weggeschoven en wel van de
voorkant naar de achterkant van het Overbos. Dat had tot gevolg dat het
onderwerpelijke pad, dat niet recht toe recht aan van de Herenweg naar
de Burgemeester van Lennepweg loopt maar met een grote bocht, op een
bepaald punt bebouwd wordt. Het pad zoals destijds bedoeld, kan dus al
niet meer worden aangelegd; laat men daarvan uitgaan. Dit kan alleen
nog indien Kennemeroord bereid is een stukje grond te verkopen, waar-
door een nieuwe verbinding naast Overbos tot stand kan komen, om de
heuvel heen, om het binnenduin zoals het wordt genoemd. Spreker weet
het niet zeker, maar de geluiden die hem bereikt hebben zijn, dat Kenne-
meroord waarschijnlijk helemaal niet bereid zal zijn om hieraan mee te
werken. Want wat is het geval? De raad moet zich realiseren, dat zich
hier een gemeenschap van 600 vaste bewoners gaat vestigen op ongeveer
8 ha grond, met nog een honderdtal verpleegsters en vêrder personeel, in
totaal dus een gemeenschap van 700 mensen. Dat zijn bejaarden die voor
het overgrote deel nog kunnen wandelen. Deze mensen krijgen hun be-
zoekers, waarmee zij naar spreker hoopt, zich op mooie dagen in het park
zullen vermeien. Deze mensen krijgen kinderen en kleinkinderen op be-
zoek, welke laatsten wel het bos in zullen worden gestuurd, kortom dit zal
een vrij drukke gemeenschap zijn. Nu kan men steilen dat nochtans ook
de burgerij zich daaronder moet kunnen mengen en dat kan dan een heel
vrolijke boel worden. Dat zou op zichzelf helemaal niet erg zijn, ware het