ïïfe; m 2 q ss
iriÄ'ÄÄ sffisa -
26 mei 1966 148
De heer Rutcers zegt dat zijn fractie niet wü nalaten burgemeester en
wethoudera geUik te «.ae» met Wt äat »»0
vaststelling kunnen aanbieden, waarmee îs bereikt, dat er weer een p a
L op ba^ waarvan kan worden voortgewerkt. De samenhang van de
verschillende soorten woningtypen in dit plan lijkt spreker bijzonder ge-
TuTklf ITr Zijn nu mogelijkheden om voort te bouwen in de wonmgwet-
sectofen we hebben eindelijk een plan waarmee we een
maken Spreker hoopt dat ook de andere bestemmingsplannen spoedig te
vaststelline zullen kunnen worden aangeboden. Spreker weet wel dat het
college dfnlet aîîeen in de hand heeft maar daarbij afhankehjk is van de
moeiliiker Laten burgemeester en wethouders zich dus n et ovrl„n
raadhuis te hebben goedgekeurd.
De voorzitter: „Het krediet voor de uitbreiding van het raadhuis îs door
de raad verleend."
De heer Kutgers: „Wanneer u aan de goedkeuring vandit bestemmmgs-
nlan weer een arvument vôör de uitbreiding van het raadhuis wilt ontlene
omdat in dit plan die uitbreiding is opgenomen en dus goedgekeurd en de
raad daarom niet meer terug kan, dan wil îk zeggen, dat ik me op dit
punt alle rechten uitdrukkelijk voorbehoud.
De voorzitter„U spreekt natuurlijk namens uzelf."
De heer Rutgers wil de heer Van der Hulst bijvallen ten aanzien van het
door hem gesprokene over de ingediende bezwaarschriften. S;pre:ker b
treurt het dat burgemeester en wethouders een bezwaarschrift, op
strekt formeîe grond dat het gericht is aan burgemeester en wethouders en
niet aan de rami. zonder meer terzijde schuiven. Spreker hoopt dat als m
de toekomst een dergelijk verkeerd geadresseerd bezwaarschrift bmnen
komt het college ogenblikkelijk de belanghebbende doet verwittigen
5fie™ÄftTerkeerd 1. geaare.eeerd en ol h« he«en
hïste wiizl in te dienen. Spreker hoopt dat het college het in dxt geval
niet meer terugzenden kon, omdat het op de allerlaatste mmuut îs mge-
dlfnd maar als dat niet zo is, vindt spreker dat het college bxer apert
tekort geschoten is Dit plan is mooi ingepast în de bebouwing die aan de
rand vtfn het plan al bestond. Spreker begrijpt heel goed, dat, wanneer men
een Dlan heeft gemaakt, en er worden bezwaren mgediend omdat die în
nassing niet helemaal naar de wens is van de omliggende bewoners, dat
burgemeester en wethouders dan toch aan hun plan willen vasthouden.
Maar die inpassing aan de rand van het plan is belangrijk. Er îs "u ee
aantal mensen die schrijven dat zij daar een mooie tuin hebben en dat zij
die tuin willen gebruiken voor hun liefhebberijen Heeft het coll^Jonder
meer gezegd dat aan de stedebouwkundige opzet van het plan ernstig af
breuk wordt gedaan of is er geprobeerd aan de bezwaren van deze