30 juni 1966
170
De voorzitter zegt dat de opmerking van de heer Verkouw hem vol-
komen juist voorkomt. Deze aankopen die voor dezelfde prijzen gebeuren
als vorige aankopen in dit plan, gaan toch wel een vrij zware druk op de
exploitatiebegroting uitoefenen. Mede naar het gevoelen van het college,
zal dit bestemmingsplan zo snel mogelijk moeten worden gerealiseerd
opdat de rentelast niet zo zwaar op de exploitatie zal drukken.
Burgemeester en wethouders hebben nota genomen van de opmerking
van de heer Rutgers. Het zal ongetwijfeld ook voor andere raadsleden
gelden dat zij nog helemaal vrij willen blijven in hun oordeel over het
bestemmingsplan dat op deze grond komt te liggen. Daarbij moet echter
bedacht worden, dat bij welk bestemmingsplan dan ook, deze grond nodig
zal zijn omdat men niet een hoek uit het plan kan laten.
De heer Verkouw zou, in aansluiting op de vraag van de heer Rutgers,
willen horen of het inderdaad een omissie is dat de prijs in het raads-
besluit niet is genoemd of dat het college deze om bepaalde redenen
achterwege heeft gelaten.
De voorzitter antwoordt dat de verkopers het niet plezierig vinden dat
hun naam en de verkoopprijs in de krant komt te staan. Dat wordt ook
niet gedaan als aan een particulier grond wordt verkocht. Voor zover dat
niet strikt noodzakelijk is lijkt het burgemeester en wethouders ongewenst
deze gegevens zo uit te vlaggen. Er zit echter niets geheimzinnigs achter.
Spreker heeft al gezegd dat de te betalen prijzen gelijk zijn aan die welke
ter plaatse voor bouwgrond is betaald.
De heer Van der Hulst vraagt of het niet mogelijk is een toelichting op
de te betalen grondprijzen te verstrekken, zoals ook bij andere aankopen
wel is gebeurd.
De voorzitter antwoordt dat de prijzen in de voorlopige koopcontracten
zijn opgenomen, welke bij de stukken hebben gelegen evenals de taxatie-
rapporten. Ook in de fractievergaderingen zijn deze prijzen ongetwijfeld
genoemd. Het zijn dezelfde prijzen als die welke reeds eerder voor grond
in dit complex zijn betaald. Aan de weg is de grond duurder dan verder
van de weg af.
De heer Verkouw vraagt zich af of daarmede misschien wel niet in
strijd met de letter maar dan toch in strijd met de geest van de gemeente-
wet wordt gehandeld, want alle zaken die de financiën raken moeten in
het openbaar worden behandeld.
De voorzitter: ,,Ik vraag het mij met u af, maar ik dacht dat het kon."
De heer Rutgers merkt op, dat de wethouder van het grondbedrijf zegt
dat de commissie voor het grondbedrijf niets met bestemmingsplannen te
maken heeft. Spreker is geen lid van die commissie, maar hij neemt aan
dat de commissie voor de volkshuisvesting daar wel mee te maken heeft
en dat die commissie volledig op de hoogte zal worden gehouden met de
gang van zaken.
De voorzitter: „De commissies voor de volkshuisvesting en voor open-
bare werken zijn en worden hierbij ingeschakeld."
De heer Rutgers: „Ik zou u willen vragen de betreffende commissies
van stap tot stap met deze plannen op de hoogte te houden, want ik acht
dat van het grootste belang."
De voorzitter: ,,Van stap tot stap is wel heel erg."