163
30 juni 1966
daarvan dat men dus niet teveel op Den Haag moet mopperen, want de
contingenten heeft men toch maar kunnen krijgen. Spreker wil er dan op
wiizen dat er tijden zijn geweest dat in Noord-Holland en in het hele
land de contingenten te kust en te keur te krijgen waren voor net zoveel
woningen als men wenste te bouwen, als men maar een aannemer kon
vinden die bouwen wilde binnen de mogelijkheden en in het kader waar-
binnen betalingen konden worden verricht. Spreker dacht dat het nog
maar een paar jaar geleden is, dat bij Wederopbouw werdl gezegd: hoe-
veel volume voor woningbouw wilt u hebben, want we hebben hier nog
stapels plannen liggen waarvoor geen aannemer te vinden is Het îs dus
niet helemaal juist wat de heer Brandsma zegt, dat men niet teveel moet
mopperen op het bouwbeleid van Den Haag, want spreker bhjft stellen
en hii meent terecht dat de curveprijs vaak zô nauw îs aangehaald,
wellicht met goede bédoelingen, dat wat met de ene hand werd gegeyen
met de andere hand werd teruggenomen. Als voorbeeld wil spreker het
laatste contingent woningwetwoningen nemen dat m de Glip II zou wor-
den gebouwd. Het plan beoogde 106 woningen te bouwen. Uitemdelijk
konden er, om aan de curveprijs te komen, slechts 88 woningen gebouwd
worden en de rest moest als gevolg daarvan als vnje sectorbouw worden
priis gegeven waarvoor dan ook nog de grond beschikbaar moest worden
gesteld Daarvôôr zal zich wel regelmatig ook zo iets hebben voorgedaan.
Burgemeester en wethouders zijn nu bezig met de voorberenhng van een
plan voor de bouw van een groot aantal womngen în het Centrumplan
waar, naar spreker meent, nog een deel van het contingent 1965 inzih
Toen spreker de portefeuille van volkshuisvesting nog met beheerde en
ook daarvöôr toen hij nog raadslid was, lagen de moeihjkheden evenzo
en wat, in wat nu al langzamerhand het grijs verleden îs te noemeiyis
gebeurd dat kan spreker op dit moment met meer achterhalen. Als me
welk gemeentebestuur dan ook van na 1946, enigszms mee m gebreke wil
stellen, dan moet men daar heel voorzichtig mee zijn. Ongetwijfeld hebben
die besturen ook voor grote moeilijkheden gestaan. Als op een gegeven
ogenblik de planologie achter is, doordat de bestemmmgsplannen niet op
tijd zijn klaar te krijgen of niet op tijd zijn goedgekeurd, kan het bouwen
in het gedrang komen. Als spreker in andere gemeenten dezelfde cyfcys
zou opvragen en vergelijkingen zou gaan maken, zou hij yoor bijna elke
gemeente tot dezeifde conclusie komen en misschien wei eeri yeel on-
gunstiger situatie aantreffen dan in Heemstede. Spreker dacht dat Heem-
stede nog aardig bijgebleven was binnen het kader van de bestaande
mogelifkheden. Nogmlals, niet lang geleden heeft spreker nog gehoord
dat vele gemeenten in Noord-Holland absoluut niet uit konden met hun
woningwetbouw en dat Wederopbouw zonder meer toestemmmg gaf om te
bouwen als men maar een aannemer kon vmden. Een tijdlang zijn ge-
deputeerde staten of de provinciale directie bezig geweest met de coyti -
genten eenvoudig te verschuiven van de ene gemeente naar de andere,
want men wilde het totale contingent wel graag opsouperen. Heel wa
gemeenten hebben van andere gemeenten contmgenten ontyangen omdat
zij door welke omstandigheid dan ook, de arbeidsmarkt of îets
geest, wêl hebben kunnen bouwen.
Spreker gaat achter de heer Brandsma staan als hij zegt dat hijvan
het verleden niet teveel wil zeggen, maar dat hij met zijn opmerkmg be-
nnp-t dat alles in het werk zal worden gesteld om m de toekomst te bo
wen wat gëbouwd kan worden. Spreker meent dat de gehele raad en ook
de volgende raad wel achter deze gedachte staan. By gelegenheid van d
ingebruikneming van de eerste woningen van „de Haemstede die m de
Glip II worden gebouwd, heeft spreker nog gedacht: wat een njk.gjfzicht
is het toch al die mooie degelijk gebouwde womngen en wat îs het toch
plezierig dat deze iZie woningen kunnen worden betrokken door mensen
die daarin een verbetering van hun behuizing zullen vinden. Dit stimuleert
dan weer om met dit werk door te gaan want het is één van de mooiste