203
1 september 1966
De wethouder zegt dat deze gegadigden geen eigen kapitaal hebben.
Spreker heeft de vorige keer spaartegoeden ter sprake gebracht die enorm
ziin. Wanneer men ziet welke mensen sparen dan is dat iedereen. Het
sparen in geld is nu eenmaal niet zo aanlokkelijk. Het sparen in aandelen
is de laatste tijd allerminst aanlokkelijk. Het enige aanlokkelijke is juist
het sparen in onroerend goed. Daar worden ook andere vormen voor
gecreëerd, zoals gezamenlijk sparen in onroerend goed. Maar waarom zou
men de mensen die dat willen niet de gelegenheid geven te sparen in de
vorm van aflossing op een hypotheek op eigen huis.
Burgemeester en wethouders kunnen hun argument dat het womng-
toewijzingsbeleid zou worden doorkruist, niet meer gebruiken. Hen rest
alleen het argument dat er moeilijkheden zullen zijn in verband met het
onderhoud van de woningen. Met de heer Scheer zegt spreker dat bewezen
is dat de mensen die een eigen huis hebben daar in het algemeen heel
gôed voor zorgen. Maar als de wethouder vreest dat enkele mensen niet
goed voor hun huis zullen zorgen, dan wil spreker er op wijzen, dat er
ook wel eens een enkele gemeente is die niet zo erg goed voor haar huizen-
bezit zorgt. Spreker acht het bezwaar voor de gemeente of voor de wonmg-
bouwcorporaties niet groot wanneer één huis uit een huizenblok wordt
verkocht.
Tot mevr. Gaasterland zegt spreker, dat zij hier zit als vertegenwoor-
digster van de gemeentenaren en niet als vertegenwoordigster van de
woningbouwcorporaties. Wanneer de raad het belang van de bewoners
voorop laat staan, dan zullen, al is het zo dat het voor de gemeente en
de woningbouwcorporaties iets moeilijker wordt, daarvoor offers mogen
worden gebracht. Spreker zou op een of andere wijze graag tot uitdrukking
zien gebraeht dat zijn fractie tegen het voorstel van burgemeester en
wethouders is.
Mevr. Gaasterland wil tegen de heer Scheer zeggen dat hij het heeft
gehad over Haarlemse woningwetwoningen. Haarlemse woningwetwonin-
gen zijn echter geen Heemsteedse woningwetwoningen. Hij maakt zich daar
zorgen over maar spreekster heeft zich daar geen zorgen over kunnen
maken omdat zij ze niet gezien heeft. We hebben het nu over Heemsteedse
woningwetwoningen. In Heemstede zijn niet alleen nieuwe woningwet-
woningen maar ook heel veel oude woningwetwoningen. In antwoord op de
door de heer Rutgers aan het adres van spreekster geplaatste terecht-
wijzing zegt spreekster, dat zij helemaal niet spreekt voor de womngbouw-
corporaties. Zij spreekt hier over gemeentelijke woningen, dus m het
gemeentebelang. De raad heeft voor het onderhoud en de modermsermg
van verschillende oude complexen woningwetwoningen grote kredieten
toegestaan. Sommige van die woningbouwverenigingen hebben de bewoners
gepeild over die verbeteringen, zoals nieuwe schuren en daken en der-
gelijke dingen, ten einde een inzicht te krijgen in hun verlangens. Spreek-
ster heeft bij deze discussie slechts een chaos van meningen geconstateerd
en een grote verscheidenheid in de verlanglijstjes die daar gedeponeerd
werden. Zij vreest dan ook het ergste als de woningwetwoningen uit
handen worden gegeven.
Als de heer Brandsma de heer Rutgers hoort zeggen dat de koper zelf
maar moet uitmaken of de koop van een woningwetwoning al dan niet
voordelig voor hem is, dan is dat natuurlijk een standpunt, maar dan een
standpunt waar spreker niet zo warm voor loopt. Spreker voelt zich, waar
het hier gemeentebezit betreft, toch ook wel enigermate verantwoordelijk
om niet zonder meer de verkoop van die woningen te bevorderen op een
tijdstip waarop hij meent, dat het voor de koper niet zo aantrekkelijk is.
Niet vergeten mag worden dat het dikwijls gaat om na-oorlogse woning-
wetwoningen. Als spreker zich goed herinnert is het vaststellen van de