29 september 1966 243 verklaren dat hij het in algemene zin met de heer De Ruiter eens is dat het geoorloofd is, dat de gemeente bij uitgifte van grond voor benzinepompen een voordeel tracht te behalen. Spreker zou daarin bepaald niet zover wil- len gaan als andere gemeenten dat wel doen, want hij gelooft dat het geven van een vergunning voor een benzinepomp niet moet worden uitgebuit en geen aanleiding mag zijn voor het als het ware invoeren van een nieuwe be- lasting. Spreker ziet echter niet in dat de gemeente in bepaalde gevallen geen financieel voordeel zou mogen behalen. Dit punt kan altijd nog eens ter sprake komen; dat is trouwens ook al eens besproken. Helaas is het financiële aspect niet altijd goed tot zijn recht gekomen. Spreker hoopt dat dit het college nog wel eens zal gelukken. Sprekers fractie kan er mee ak- koord gaan deze verordening nu ongewijzigd te laten. Bij de begrotingsbe- handeling kan over de algemene verderstrekkende onderwerpen nog wel gedebatteerd worden. De heer Bomans is een paar maanden geleden diep geschokt geweest door het ongeluk dat op de Cruquiusweg heeft plaats gevonden, waarbij een âuto bij een benzinepompstation wegreed en een fietsende moeder met een kindje achterop aanreed, waarbij de moeder zwaar gewond werd en het kind ter plaatse werd gedood. Spreker heeft de situatie ter plaatse bekeken en heeft zich over de toedracht van het ongeval laten informeren. Het is hem opgevallen dat daar een zeer gevaarlijke situatie bestaat, doordat men vanaf de Cruquiusweg een inrit heeft naar de benzinepomp maar van de benzinepomp af niet meer op de provinciale weg terug kan komen dan via een straat van de gemeente. Men heeft daar een bord met ,,stop" erop geplaatst, hetgeen theoretisch, vanachter een bureau bezien, voldoende is, maar in de praktijk niet deugdelijk blijkt, want de bewuste automobilist spreker meent een man uit Bussum is met volle vaart van het benzinestation weggereden, en heeft toen de vrouw geschept met het geschetste gevolg. Maar er is nog iets anders. Nadat men dan een paar honderd meter die gemeentelijke weg heeft gevolgd komt men weer langs een nauwe toegang op de provinciale weg. Hier zijn dus twee gevaar- lijke punten. Het verbaast spreker dat men bij het verlenen van de bouw- vergunning voor het benzinestation niet meer aandacht heeft geschonken aan het verkeersveiligheidselement. Gezien het feit dat zo aanstonds de leden van de verkeerscommissie zullen worden benoemd, zou spreker er met de meeste klem op willen aandringen, dat ten aanzien van alle benzine- stations in Heemstede want spreker heeft niet alleen klachten over dit benzinestation nauwkeurig wordt bekeken of de verkeersveiligheid niet in het gedrang komt. Dat vindt spreker persoonlijk van groter belang dan het economische- en schoonheidsaspect. De heer Willemse zegt dat zijn fractie in deze nota geen aanleiding vindt voor te stellen de huidige verordening te wijzigen. De zeer interes- sante uiteenzetting van de heer De Ruiter is alleszins een nadere discussie waard, maar spreker gelooft dat dit moment niet de juiste gelegenheid daarvoor biedt. Die gelegenheid komt misschien nog wel. Persoonlijk is spreker het met het door de heer de Ruiter gestelde, dat de gemeente mede in de rij moet gaan staan met hen die de automobilist als een melk- koetje gebruiken, niet eens. Zijn fractie zal met het voorstel van burge- meester en wethouders gEiarne akkoord gaan. De voorzitter zegt niet verwacht te hebben dat zovelen deze nota zouden aangrijpen om daarop zö diepgaand in te gaan. Spreker meent dat de zaak nogal eenvoudig ligt. Er is indertijd door de heer Verkouw eigenlijk gesuggereerd, of het niet, op grond van economisehe motieven, aange- wezen is het aantal benzinepompen te beperken. Spreker weet niet of de heer Verkouw dit bedoeld heeft, maar dit was wel op te maken uit de portee van zijn woorden. Burgemeester en wethouders hebben toen toe- gezegd dat zij zouden onderzoeken of er aanleiding was beperkende bepa-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1966 | | pagina 13