258
27 oktober 1966
16. Belegging van kasgeld (131).
17. Geldlening groot f 699.000,met de Bank voor Nederl. Gemeenten
(132).
18. Benoeming leden van de commissie bedoeld in artikel 8 van de Woon-
ruimtewet (133).
18a. Benoeming onderwijzer Bronsteeschool (134).
19. Wijziging gemeente-begroting 1966.
20. Rondvraag.
I. VASTSTELLING VAN DE NOTULEN DER VERGADERINGEN
VAN 1 en 6 SEPTEMBER 1966
Deze notulen worden zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
II. INGEKOMEN STUKKEN
a. goedkeuring door gedeputeerde staten bij besluiten van 13 september
1966, nos. 80 en 676, van de raadsbesluiten d.d. 1 september 1966 model D
nos. 10 en 11 tot wijziging van de gemeentebegroting 1966.
b. idem bij besluit van 4 oktober 1966, no. 361 van het raadsbesluit d.d. 1
september 1966, no. 102 „Wijziging statuten Stichting Heemsteedse
Sportparken".
c. besluiten van gedeputeerde staten d.d. 20 september 1966 no. 98, houden-
de verdaging van hun beslissing voor ten hoogste twee maanden ingaan-
de na verloop van de in het eerste lid van artikel 230 der gemeentewet
genoemde termijn van drie maanden, op de raadsbesluiten d.d. 30 juni
1966, nos. 83a en 83b, betreffende aankoop grond met opstallen in de
Geleerdenwijk, van mevr. M. G. C. van den Putten e.a. en van mevr.
H J. C. Lucas-Terpoorten.
d. Koninklijk besluit d.d. 24 augustus 1966, no. 34, waarbij het beroep
tegen het besluit van gedeputeerde staten van 10 december 1963, no. 197
waarbij goedkeuring is onthouden aan het uitbreidingsplan in onderdelen
„Plan Industrieterrein Cruquiusweg", ongegrond is verklaard.
De heer Willemse vraagt of het college na het ontvangen van dit K.b.
reeds zijn gedachten heeft laten gaan over wat nu met deze grond moet ge-
beuren. Als het college dit heeft gedaan, kan hij zich voorstellen dat er be-
zwaren bestaan daar nu iets over mede te delen. Dat vraagt spreker dus
niet. Hij vraagt in eerste instantie of het college hier reeds iets aan gedaan
heeft respectievelijk of binnenkort met nieuwe voorstellen zal worden ge-
komen. Spreker vraagt dit mede in verband met het feit dat dit stuk grond
in toenemende mate vervuilt en verwildert, wat bij een toegangsweg van de
gemeente een allebehalve aesthetisch aanzien geeft.
Wethouder Van Wijk antwoordt dat dit besluit helemaal geen moeilijk-
heid oplevert met betrekking tot die stukken grond waar industriegebouwen
op zullen verrijzen. Met het aanleggen van de parallelweg kan gewoon wor-
den doorgegaan, uiteraard in overleg met diegenen die daaraan zullen
bouwen.
De heer WiUemse zegt dat hij het dan verkeerd heeft begrepen. Spreker
dacht n.l. dat na dit besluit het aanleggen van een parallelweg niet meer
mogelijk was.
Wethouder Van Wijk: „Juist wel".
e. verslag van kasopneming en controle administratie:
2e kwartaal 1966: stichting studiehulp
2e en 3e kwartaal 1966: schoolartsendienst
3e kwartaal 1966: legeskas 6e afd. gemeente-secretarie, voorschotkas 6e
