15 december 1966
327
V.V.D. een wethouderszetel gekregen. Op andere plaatsen is de wethouders-
verkiezlng, mede tengevolge van de houding van de K.V.P.-fractie, naar
mijn mening minder vlekkeloos verlopen en ik denk hier onder meer aan
Haarlem en Heemstede.
Voor de Prot.Christelijke fractie geldt min of meer hetzelfde als voor
1 IG V.P ,-fr actie. Mensen van goede wille, ongetwijfeld, maar zonder vaste
politieke lijn en daarom vaak opportunistisch. Wanneer ik mij een kranten-
berichtje goed herinner en wanneer dit berichtje juist was, heeft de heer
Enschedé na de uitslag der gemeenteraadsverkiezing als zijn oordeel gege-
ven, dat hij de samenstelling van de raad niet zo interessant vond want
dat het er meer om ging in de raad goede besluiten te nemen. Alsof het
nemen van goede besluiten is los te koppelen van de politieke achter-
gronden der raadsleden! Maar leden van de C.H.U. en A.R.P. zitten hier
broederlijk en zusterlijk vereend in een Prot.Chr. fractie, hoewel deze par-
tijen in de landspolitiek verdeeld zijn over de oppositie en de regeringspar-
tijen. Uit de formatie van het kabinet Zijlstra blijkt eehter wel, dat de
oppositie van de C.H. een opportunistische zaak was. Wie op 15 februari
a.s. mede de landspolitiek voor de komende jaren wil bepalen, moet niet
K.V.P., A.R. of C.H. stemmen, doch heeft de keus tussen de V.V.D of de
P.v.d.A.
De kiezers schonken ons in september twee leden van de Boerenpartij in
de gemeenteraad. Ik meen te mogen zeggen, dat de vertegenwoordigers
van de gevestigde partijen dit geschenk op de juiste wijze hebben aan-
vaard. De beide, democratisch gekozen, heren, zijn op normale wijze tege-
moet getreden en hebben op normale wijze deel gekregen aan ons werk
in de commissies. Het verheugt mij, dat wij in Heemstede in tegenstelling
met andere gemeenten dienaangaande geen enkele moeilijkheid hebben
gehad en ik wil daaraan zeker toevoegen, dat zulks mede ligt aan de
persoonlijke aanvaardbaarheid voor de raad van deze beide heren. Maar ik
zou het ons door de kiezers gegeven paard nu toch wel eens nader in de
bek willen zien. Want wat willen deze heren politiek bezien in onze
raad? Ik heb van de heer Smit destijds het beginselprogram van de Boe-
renpartij mogen ontvangen; ik heb daarin gelezen, dat volgens deze partij
de overheid haar gezag ontleent aan de souvereiniteit Gods. Wij hebben
er dus een positief-christelijke partij bijgekregen, maar ik heb in de krant
gelezen, dat de heer Voogd zulks toch betwijfelt. Wat is dienaangaande het
standpunt van beide heren Een gemeenteprogram wil de Boerenpartij niet
hebben; dit is kinderwerk volgens de heer Koekoek. Maar dan hoop ik toch
te vernemen hoe de beide heren over enige belangrijke vraagstukken in
de gemeentepolitiek denken.
1. Hoe denkt U over de financiële verhouding van de gemeente tot het
Rijk
2. Hoe denkt U over de woonruimteverdeling en de vorderingsmogelijkheid
volgens de wooriruimtewet
3. Hoe denkt U over de ruimtelijke ordening
4. Hoe denkt U over de taak van de gemeente voor het openbaar onder-
wijs
5. Hoe denkt U over de taak van de gemeente ten opzichte van recreatie
sport en kunst
Het zijn maar een paar vragen, welke niet gesteld hadden behoeven te
worden als de Boerenpartij zich de moeite (volgens haar; kleine moeite)
had willen getroosten een gemeenteprogram te maken.
Inmiddels maakt de heer Bomans geen deel meer uit van de Boerenparij.
Ik heb van hem begrepen, dat hij de democratische regels binnen de partij
niet gewaarborgd acht. Dit lijkt mij een alleszins voldoende reden om uit
een partij te treden. Van de heer Smit verneem ik echter gaarne of hij