32
23 februari 1967
meerderheid van de betrokken winkeiiers tegen het scheppen van de moge-
lijkheid van piaatsing van sigarettenautomaten is. Spreker gelooft dan dat
men in deze het economisch belang moet laten prevaleren. Er zijn enkele
motieven in het request opgenomen die spreker totaal niet aanspreken,
maar één motief heeft voor hem feiteiijk de doorslag gegeven om van
mening te veranderen. Spreker doelt hier op het geval dat, ais de raad deze
wijziging van de A.P.V. zou aannemen en de detaillisten zouden eensgezind
geen automaten plaatsen, de niet-specialisten, dus onder meer het grootbe-
drijf, de mogelijkheid krijgt zich van een stevîge batterij sigarettenauto-
maten te voorzien met alle daaraan verbonden door de detaillisten zozeer
gevreesde consequenties. Dit heeft spreker er uiteindelijk toe gebracht, zij
het ook met het minst mogelijke enthousiasme, hij zou zelfs willen zeggen
met helemaal geen enthousiasme, om zijn aanvankelijk ingenomen stand-
punt te wijzigen.
De heer Van der Hulst heeft tot nu toe het bewuste artikel in de poli-
tieverordening een onding gevonden en spreker was eigenlijk blij dat de
heer Rutgers bij de begrotingsdebatten voorstelde dit artikel te laten ver-
vallen. Spreker moet eerlijk zeggen dat hij zich toen niet heeft gerealiseerd,
dat ook anderen dan sigaren en sigaretten verkopende winkeliers en bedrij-
ven gerechtigd zullen zijn om dergelijke automaten te gaan exploiteren.
Als spreker dat argument toen geweten had, dan was zijn stem anders
uitgevallen. Ondanks dat spreker het artikel niet juist vindt en het betreurt
dat de raad door middel van de politieverordening de sigarenwinkeliers
moet beschermen, want zo ziet spreker het eigenlijk, zal hij toch om wille
van het motief dat ook andere bedrijven in staat zouden worden gesteld
de sigarenwinkeliers ongewenste concurrentie aan te doen, tegen het voor-
stel stemmen om de politieverordening te wijzigen.
De heer Willemse vraagt of het inderdaad juist is dat wanneer het voor-
stel van burgemeester en wethouders wordt aangenomen, alle mogelijke
andere soorten bedrijven sigarettenautomaten kunnen piaatsen of dat het
zo is dat elke aanvraag het college moet passeren en dat het college hierop
wel of niet gunstig kan beschikken.
De voorzitter antwoordt dat in het geval voor een sigarettenautomaat
boven gemeentegrond vergunning wordt gevraagd, deze niet door het col-
lege zal worden geweigerd. Wel zal een jaarlijks precariorecht moeten
worden betaald.
De heer Willemse zegt dat wanneer dat zo is, hij, zij het dan met spijt,
tegen het voorstel zal stemmen omdat hij meent dat dan een gespeciali-
seerde bedrijfstak een concurrentie wordt aangedaan die deze bedrijfstak
moeilijk kan verwerken.
Mevrouw Gaasterland merkt op, dat het een vaststaand feit is, dat in alle
gemeenten waar deze automaten aanwezig zijn, de politie en de rechterlijke
macht extra zwaar worden belast.
De voorzitter zegt dat mevr. Gaasterland bedoelt, dat er vaak met de
automaten wordt geknoeid en daarvoor verkeerde munten worden gebruikt.
De voorzitter brengt het ontwerp-besluit in stemming. Uit de gehouden
stemming blijkt dat het is verworpen met 127 stemmen.
V66r het voorstel stemden: mevr. Vriesendorp, mevr. Cohen en de heren
Van Ark, Rutgers, Hupkes, Scheer en wethouder Corver.
XIV. 5e WIJZIGING LEGESVERORDENING
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
25. 5e wijziging legesverordening.