23 februari 1967
51
Mevr. Vriesendorp gelooft dat burgemeester en wethouders in dergelijke
gevallen per se moeten aandringen op samenwerking met openbare werken
omdat hierbij gemeenteleidingen zijn betrokken. Spreekster geeft toe dat
er de laatste tijd wel toezicht van openbare werken is, maar in het begin
is dat er niet geweest. De wethouder heeft geen antwoord gegeven op haar
vraag of in de toekomst de betrokken bewoners in geval van dergelijke
werken daarvan tevoren bericht zullen krijgen. Niet de vraag dus of het
wel mag, want zulk een werk moet natuurlijk gebeuren, maar dat de be-
trokkenen in kennis worden gesteld met wat hun te wachten staat onder
opgave hoe lang het werk zal duren. Spreekster begrijpt dat de juiste duur
van het werk niet kan worden gegeven maar dan toch wel ten naaste bij.
Die toezegging zou spreekster wel graag willen hebben.
Wethouder van Wijk wil gaarne proberen, ook al zijn het geen gemeente-
werken zodat de gemeente dus niet over alle gegevens beschikt, nochtans
de betrokkenen te waarschuwen. Dit moet eigenlijk uitgaan van de orga-
nisatie die het werk doet, maar als die in gebreke blijft moet de gemeente
het doen.
Mevr. Vriesendorp gelooft toch dat dit een taak van het gemeentebestuur
is.
De voorzitter zegt dat het gemeentebestuur niet weet hoe lang zo'n werk
duurt. De wethouder heeft zeer juist gezegd dat het onderhavige werk bij
ongunstige weersomstandigheden maanden langer had kunnen duren. Op
een gegeven moment gaat men diep graven en dan kunnen zich allerlei
moeilijkheden voordoen. Dergelijke werkzaamheden zijn ontzettend verve-
lend en zijn een ramp voor de mensen die het betreft. Je moet maar zo'n
motor voor je deur hebben staan, daar word je stapelgek van!
De heer Kutgers wijst er op dat er een vergunning wordt gegeven om
dergelijk werk in gemeentegrond uit te voeren. Daarbij kunnen alle voor-
waarden worden gesteld die nodig zijn, o.a. dat de uitvoerende instantie
het gemeentebestuur tijdig te voren in kennis stelt van de aanvang en de
duur van de werkzaamheden. Spreker vindt niet dat de wethouder kan zeg-
gen dat het helemaal buiten de gemeente om gaat. Spreker begrijpt best dat
dergelijke werken door andere firma's worden uitgevoerd. De vraag was-
dat de voorwaarde wordt gesteld dat het gemeentebestuur tijdig te voren in
kennis moet worden gesteld van de aanvang van het werk en de vermoe-
delijke duur van het werk, opdat de betrokken bewoners daarover tijdig
kunnen worden ingelicht, en dat toezicht wordt gehouden dat het werk
wordt uitgevoerd als in de vergunning omschreven. Spreker dacht dat dat
toch wel iets meer is dan wat er tot nu toe is gebeurd.
Wethouder van Wijk zegt dat openbare werken aan het gemeentebestuur
de gegevens kan verschaffen over de duur van het werk enz. Spreker
meent dat het waarschuwen van de betrokken bewoners van het raadhuis
moet uitgaan.
De heer van Berckel vindt dat de betrokken aannemer van dit werk vrij
ruw te werk is gegaan. Zo zijn b.v. de trottoirbanden beschadigd.
Wethouder van Wijk: „Alle schade wordt opgenomen en door de Ge-
meente Waterleidingen Amsterdam vergoed. De uitvoering van het werk
maakt zonder twijfel een ruwe indruk."
De heer van Berckel: „De beschadigde trottoirbanden worden nu alle-
maal weer neergelegd."
De voorzitter: ,,Dat was de bedoeling. Later wordt opnieuw bestraat."
De heer van Berckel verzucht: „Was het nu nodig om dat allemaal te be-
schadigen!"