Constructie van bcuwwerken
ARTIKEL 156 Maatregelen ter bescherming tegen oorlogsgeweld
Gebouwen, waarin zich twee of meer woningen bevinden, waarin de vloer
van ten minste één kamer, als bedoeld In artikel 72, lid 2 (hoofdwoonkamer),
meer dan 5 m boven peil is gelegen, moeten met betrekking tot de bescher-
ming tegen oorlogsgeweld voldoen aan het bepaalde in de artikelen 272a
t/m 284 van afdeling D van dit hoofdstuk.
Paragraaf 2: Fundering en bodemafsluiting
ARTIKEL157 Algemene eis
Een bouwwerk moet zijn voorzien van een fundering, die voorkomt, dat na-
delige zakking of nadelige verschuiving van het bouwwerk optreedt.
Alvorens tot het funderen op staal wordt overgegaan moet zo nodig een vol-
doende grondverbetering zijn aangebracht.
Nadere eisen kunnen worden gesteld ten aanzien van de werkwijze, welke bij
de uitvoering van een fundering of van een grondverbetering moet worden
gevolgd.
ARTIKEL 158 Aanlegbreedte fundering op staal
Ter voorkoming van ongelijke zettingen moet voor de berekening van de aan-
legbreedte van op staal gefundeerde wanden van bouwwerken en voor de
berekening van de afmetingen van de zool van op staal gefundeerde kolom-
voeten en poeren een aanvaardbare druk op de bodem als maatstaf zijn ge-
bezigd.
Aan het bepaalde in lid 1 wordt geacht te zijn voldaan, indien de aanleg-
breedte van op staal gefundeerde wanden ten minste tweemaal de dikte van
de wand bedraagt, tenzij nadere eisen zijn gesteld, als bedoeld in lid 4. Als
wanddikte wordt hierbij aangemerkt de dikte van de wand onmiddellijk onder
de laagste boven peil gelegen vloer. Voor spouwmuren geldt hierbij als dikte
de som der dikten der afzonderlijke bladen, waaruit de spouwmuur is samen-
gesteld.
De aanlegbreedte van op staal gefundeerde wanden mag niet minder dan
30 cm bedragen.
33