Voor de toepassing van het bepaalde in het vorige lid onder c wordt voor een spouwmuur, welke een niet-horizontale beëindiging heeft, als hoogte de ge- middelde hoogte in aanmerking genomen. De koppeling tussen de twee delen van een spouwmuur van metselwerk moet bestaan uit ronde verzinkte stalen ankers ter dikte van 4 6 mm of uit een andere constructie, waarvan de sterkte en de weerstand tegen corrosie niet geringer zijn en die geen aanleiding geeft tot het vormen van vochtbruggen. Het binnenblad van een spouwmuur van metselwerk moet aan de spouwzijde zijn afgekwast met de op het spouwblad voorhanden specie. Nadere eisen kunnen bij het toelaten van spouwmuren van metselwerk worden gesteld voor gebouwen waarvan de wanden op grotere verticale afstanden dan 3,5 m door vloeren zijn verbonden. Vrijstelling kan worden verleend van het bepaalde in lid 1, onder e, voor spouwmuren met een grotere totale hoogte. ARTIKEL 173 Materialen voor metselwerk van baksteen of kalkzandsteen Metselwerk in baksteen of kalkzandsteen moet, afhankelijk van de aard van de wand, zijn uitgevoerd in een steensoort en in een mortel van geen mindere hoedanigheid dan is aangegeven in tabel 5 Daarbij wordt aangenomen, dat, indien 1 hl zand wordt gerekend als 1 volumedeel toeslagstof, 125 kg cement geldt als 1 volumedeel bindmiddel, 1 hl kalkdeeg geldt als 1 volumedeel bindmiddel. 1,5 hl poederkalk, schelpkalk daaronder begrepen, geldt als 1 volumedeel bindmiddel. Als cement geldt: portlandcement, ijzerportlandcement en hoogovencement. Andere bindmiddelen kunnen worden toegelaten op grond van analyses, waar- uit, indien het kalkachtige bindmiddelen betreft, kan worden berekend, hoe- veel kg calciumhydroxyde in één hl van het bindmiddel aanwezig is. Als één volumedeel bindmiddel wordt dan gerekend het volume, waarin 50 kg calcium- hydroxyde aanwezig is. De mortel mag, behalve water, geen andere bestanddelen bevatten dan de hierboven genoemde Zle blz. 154—157.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 114