Constructie van bouwwerken 2 Standleidingen voor hemelwater moeten aan een gebouw in voldoend aantal aanwezig zijn en voldoend afvoervermogen hebben. 3 De delen van standleidingen voor hemelwater moeten luchtdicht in elkaar sluiten indien de leiding tevens als ontluchting dient. 4 Als nadere eis kan worden gesteld dat in een standleiding voor hemelwater stankafsluiters worden aangebracht. 5 Vrijstelling kan worden verleend van het bepaalde in lid 1 a. voor het aanbrengen van standleidingen van hemelwater binnen een ge- bouw, mits de leidingen worden uitgevoerd als standleidingen van huishoud- en bedrijfswater en drekstoffen; b. van de verplichting tot aansluiting van de standleiding aan de grondleiding, mits de lozing van het hemelwa^er niet op hinderlijke wijze en niet over d~ openbare weg plaatsvindt. ARTIKEL 246 Ontluchting van de riolering 1 Standleidingen van huishoud- en bedrijfswater en drekstoffen moeten zijn voor- zien van een ontluchtingsbuis, welke bovendaks uitmondt. Niet van toepassing is de eis van aanwezigheid van een ontluchtingsbuis op een standleiding, indien deze niet langer is dan 2 m en daarop niet meer dan één lozingstoestel is aangesloten en deze standleiding zelf is aangesloten aan een grondleiding, welke reeds door een andere standleiding wordt ontlucht. 2 Een ontluchtingsbuis nabij een deur of een beweegbaar raam moet ten minste 50 cm boven het hoogste punt daarvan uitmonden. ARTIKEL 247 Liggende leidingen 1 Liggende leidingen moeten zo mogelijk met een afschot van ten minste 1:200 zijn gelegd. 2 Liggende leidingen moeten zodanig zijn uitgevoerd, dat de mogelijkheid tot ontstoppen in voldoende mate aanwezig is. 139

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 149