stuk 3 van deze verordening, zulks onder inachtneming van nadere regelen,
nadere eisen en vrijstellingen;
b. het gebruik als woonverblijf niet in strijd is met een bestemmingsplan of
de krachtens zodanig plan gestelde eisen.
Vrijstelling kan worden verleend van het bepaalde in lid 1, onder a, voor wo-
ningen die tijdelijk niet als woning in gebruik zijn geweest.
Paragraaf 2: Het kenteken voor onbewoonbaar verklaarde
woningen. Gebruik van ontruimde onbewoonbaar verklaarde
woningen, anders dan tot bewoning
ARTIKEL 349 Het kenteken voor onbewoonbaar verklaarde woningen
Het kenteken met de woorden ..onbewoonbaar verklaarde woning", bedoeld
in artikel 37 der Woningwet, bestaat uit een bord ten minste 12 cm lang en
7 cm hoog, waarop de tekst met duidelijke letters, ten minste 1,5 cm hoog,
is aangegeven.
Het kenteken wordt van gemeentewege aan de onbewoonbaar verklaarde
woning bevestigd op een van de weg af in het oog vallende plaats.
Ingeval een gebouw onderscheidene woningen bevat, welke toegankelijk zijn
door een gemeenschappelijke toegang, wordt het kenteken bovendien beves-
tigd op de toegangsdeur der onbewoonbaar verklaarde woning.
In het geval, bedoeld in lid 3, wordt op het kenteken, bedoeld in lid 2, aan-
geduid welke woning of woningen onbewoonbaar zijn verklaard.
ARTIKEL 350 Verbod tot gebruik van een ontruimde onbewoonbaar verklaarde wo-
ning, anders dan tot bewoning
Het is verboden een ontruimde onbewoonbaar verklaarde woning voor andere
doeleinden dan bewoning in gebruik te nemen zonder schriftelijke toestem-
ming van burgemeester en wethouders.