Gebruik van bouwwerken
De toestemming, bedoeld in lid 1, wordt in ieder geval geweigerd, indien van
het gebruik ernstige hinder voor of ernstige ontsiering van de omgeving of
gevaar voor de veiligheid of de gezondheid te duchten is of strijd ontstaat
met verkeersbelangen of met belangen van krotopruiming en sanering.
Aan de toestemming, bedoeld in lid 1, kunnen voorwaarden worden verbon-
den. De voorwaarden mogen slechts strekken ter bescherming van de be-
langen, die het in het eerste lid bedoelde verbod beoogt te dienen.
De toestemming, bedoeld in lid 1, wordt tot wederopzegging verleend. De op-
zegging geschiedt bij een met redenen omkleed besluit en met inachtneming
van een termijn voor de ontruiming van ten minste drie maanden.
Van een beslissing van burgemeester en wethouders als bedoeld in de leden
2, 3 en 4 kan de aanvrager binnen één maand na de dag, waarop hij is ver-
zonden, bij de gemeenteraad in beroep komen
ARTIKEL 351 Bepalingen betreffende de aanvraag en de toestemming tot gebruik
van een ontruimde onbewoonbaar verklaarde woning. anders dan tot
bewoning
Voor het verkrijgen van de in artikel 350, lid 1, bedoelde toestemming moet
een schriftelijke aanvraag worden ingediend, die inhoudt voor welk doel de
onbewoonbaar verklaarde woning zal worden gebruikt.
Met betrekking tot de aanvraag en de toestemming tot het gebruik van een
ontruimde onbewoonbaar verklaarde woning, anders dan tot bewoning, zijn
de artikelen 16, 17, lid 1 onder a, 18, 23, 24, 25 en 30, leden 1 onder a,
3, 4 en 5, van overeenkomstige toepassing.
Paragraaf 3: Gebruiken van bouwwerken, open erven en
terreinen overeenkomstig de bestemming
ARTIKEL 352 Verbod tot het gebruiken van bouwwerken, open erven en terreinen in
afwijking van de bestemming
Zolang bij een bestemmingsplan, tot stand gekomen als uitbreidingsplan of
als voorschriften ex artikel 43 van de Woningwet 1901, hetzij vöör, hetzij na
219
