volgt, dat rooilijnen door de gemeenteraad moeten worden vastgesteld. Dit Het kan op twee manieren: waa 1. door in de bouwverordening bepalingen op te nemen omtrent de plaats noe der rooilijnen (rooilijnvoorschriften met een algemeen normatief karakter); 2. door in een bestemmingsplan c.q. partieel bestemmingsplan op de bijbe- horende kaarten de plaats der rooilijnen aan te geven (een soort van De2 bijzonder rooilijnbesluit). bijz De methode 2 heeft het bezwaar, dat niet alleen de voorbereiding veel vo° terrein- en tekenwerk vereist, maar ook, dat de procedure van vaststelling, p'ai namelijk de vaststelling van een bestemmingsplan, wijdlopig en langdurig is. "n9 Het vaststellen van bestemmingsplannen, waarin ook de plaats van de rooi- ^re lijnen is aangegeven, zal in gemeenten met een enigszins uitgebreide be- bouwde oude kern met een grillige bebouwing niet uitvoerbaar zijn. Het zeer omvangrijke terrein- en tekenwerk blijkt een overwegend bezwaar. 7"oc Het verdient daarom in ieder geval aanbeveling in de bouwverordening de Voi rooilijnvoorschriften als algemene normatieve voorschriften op te nemen. bec De formulering en vaststelling van zulke voorschriften is een vrij eenvoudige me zaak; bij de toepassing doen zich moeilijkheden voor. Wat betreft de voorgevelrooilijn zal het bijvoorbeeld niet altijd mogelijk zijn AR' de plaats ervan ondubbelzinnig te bepalen als ter plaatse weinig of onregel- matige bebouwing aanwezig is. Wat betreft de achtergevelrooilijn zal de normatieve bepaling alleen voor bouwblokken van eenvoudige vorm (drie- hoekig, rechthoekig, vierhoekig of regelmatig veelhoekig) een ondubbel- art zinnige uitkomst geven. Bij meer ingewikkelde vormen bestaat kans op ver- 9rc schil in interpretatie, hetgeen kan leiden tot verschillende uitkomsten. Toch "in wegen deze bezwaren niet tegen de voordelen op, zodat in dit ontwerp de V° eerste methode is gevolgd. kin ge ARTIKEL 39 P8: vo Toelichting op het ontstaan a Voor strokenbouw zijn geen rooilijnbepalingen ontworpen. Aangenomen is, b. dat deze bebouwing uitsluitend voorkomt in gebieden waarvoor een bestem- roi mingsplan geldt. 52

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 367