Het bouwwerk en zljn omgevlng ARTIKEL 43 Bouwen op en over de weg Vrijstelling kan worden verleend van het verbod tot bouwen met overschrijding van de voorgevelrooilijn met betrekking tot het bouwen op en over de weg van: a. bouwwerken ten dienste van het verkeer; b. bouwwerken ten dienste van de energievoorziening en het telecommunica- tieverkeer; c. straatmeubilair; d. vrijstaande winkel- of reclamevitrines; e. reclametoestellen en draagconstructies voor reclame; f. verdere bouwwerken, die naar hun aard en bestemming op of over de weg toelaatbaar zijn. ARTIKEL 44 Plaatsing van de voorgevel ten opzichte van de voorgevelrooilijn. Afschuining van straathoeken 1 Een naar de weg gekeerd gevelvlak van een gebouw moet geheel in de voor- gevelrooilijn zijn geplaatst. Niet van toepassing is voorgaande bepaling: a. op gebouwen, welke geheel achter de achtergevelrooilijn mogen zijn ge- bouwd; b. in de gevallen, waarin de in lid 2 bedoelde nadere eis wordt gesteld. 2 Als nadere eis kan worden gesteld, dat de bebouwing op de hoek van twee wegen over een hoogte van niet meer dan 4,2 m boven peil op die hoek is afgerond of afgeschuind, met dien verstande, dat de daardoor onbebouwd blijvende oppervlakte niet groter dan 2 m2 is. 3 Vrijstelling kan worden verleend van het bepaalde in lid 1 voor: a. gebouwen behorende tot een complex van gebouwen met bijzondere be- stemming; b. gebouwen op handels- en industrieterreinen; c. vrijstaande enkele of dubbele eengezinshuizen; d. bijgebouwen; e. gebouwen ten dienste van bodemcultuur en veeteelt, pluimveeteelt daar- onder begrepen, en de daarbij behorende woningen; f. gedeelten van naar de weg gekeerde gevels; g. gevallen, waarin de welstand bij het verlenen van de vrijstelling is gebaat. 31

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 41