bouw zouden kunnen worden gesteld. Ook een nieuw erf moet aan de
eisen van deze afdeling voldoen en eventuele nadere eisen met betrekking
tot het erf en de afscheiding kunnen in de bouwvergunning worden opge-
nomen.
Paragraaf 1: Inrichting van open erven en terreinen
ARTIKEL 294
Toelichting op het ontstaan
Lid I. In poldergebieden zal een erfhoogte van 30 cm boven de hoogste te
verwachten grondwaterstand in het algemeen voldoende zijn. Plaatselijke
omstandigheden met betrekking tot wisselingen in de grondwaterstanden
kunnen echter een andere maat nodig maken. Voor gemeenten waarin men
de erven bij voorkeur op weghoogte wenst te zien, moet de tekst van dit lid
worden gewijzigd.
ARTIKEL 295
Toelichting op het ontstaan
Lid 1. Bij deze bepaling is er van uitgegaan dat zand ter plaatse tegen
redelijke prijs verkrijgbaar is. In gemeenten waar dit niet het geval is dient
als ophogingsmateriaal grond of puin dit laatste afgedekt met grond
te worden voorgeschreven.
ARTIKEL 296
Wenk voor de toepassing
Lid 3, onder a. Hier is o.m. gedacht aan bosrijke gebieden, waar het open
erf bij een woning in zijn oorspronkelijke staat kan blijven.
ARTIKEL 297
Wenk voor de toepassing
Op grond van artikel 258 kan worden verlangd, dat bij een nieuw op te
180