Gebruik van bouwwerken enz.
Lid 2 van artikel 28 van deze verordening regelt het afgeven door of namens
burgemeester en wethouders van de voltooiingsverklaring, terwijl lid 4 van dat
artikel bepaalt, dat deze verklaring, indien zij een gebouw betreft, tevens geldt
als de verklaring, bedoeld in lid 1 van artikel 29, dat tegen het in gebruik geven
of nemen van het gebouw geen bezwaar bestaat.
ARTIKEL 346
Toelichting op het ontstaan
Deze bepaling is een uitvloeisel van artikel 55, lid 3, der Woningwet.
ARTIKEL 347
Toelichting op het ontstaan
Deze bepalingen zijn een uitvloeisel van artikel 55, leden 2 en 3, der
Woningwet.
Het gaat hier om handelingen, die alleen het in gebruik geven of nemen van
het gebouw betreffen en waarbij ten hoogste bouwkundige maatregelen
voorkomen, waarvoor geen bouwvergunning vereist is.
Artikel 14 noemt als dergelijke maatregelen o.a. het bouwen ingevolge een
aanschrijving van burgemeester en wethouders, werkzaamheden behorende
tot het gewone onderhoud, veranderingen of vernieuwingen aan een bouw-
werk, indien door of namens burgemeester en wethouders aan de aanvrager
is medegedeeld, dat de veranderingen of vernieuwingen uit een bouwkundig
oogpunt bezien van zodanige ondergeschikte betekenis zijn, dat voor de
uitvoering ervan geen bouwvergunning wordt vereist. In verband hiermede
is dus geen overlegging van tekeningen, berekeningen en dergelijke gegevens
gevraagd.
Komen er voor het tot bewoning bruikbaar maken van een gebouw of van
een gedeelte er van wël bouwkundige maatregelen aan te pas, waarvoor een
bouwvergunning vereist is, dan valt de gehele handeling onder de bepalingen
van de hoofdstukken 2 en 3 (respectievelijk administratieve voorschriften en
voorschriften omtrent het bouwen) en niet onder die van dit hoofdstuk.
ARTIKEL 348
Toelichting op het ontstaan
Deze bepaling is opgenomen in verband met artikel 6, lid 4, der Woningwet.
219