wet, betreft. Met betrekking tot de overtreding van bepalingen welke op de gemeentewet steunen, regelt het onderhavige artikel de opsporingsbevoegd- heid van de door de burgemeester aangewezen ambtenaren, waarbij rekening is gehouden met het bepaalde bij de wet van 31 augustus 1853, tot verze- kering van de uitvoering van sommige voorschriften van plaatselijke veror- deningen. ARTIKEL 399 Wenk voor de toepassing Lid 1. Het zal voor de aanvrager van een bouwvergunning in de overgangs- tijd moeilijk zijn om vast te stellen of de bepalingen van de oude dan wel die van de nieuwe verordening voor hem het gunstigst zijn. Een objectieve voorlichting van de zijde van het bouwtoezicht verdient hier aanbeveling. De aanvrager zal niet de gunstigste bepalingen uit de oude en uit de nieuwe verordening mogen combineren. 246

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 561