Inrichting van gebouwen
De vloer van de in art. 62, lid 1, onder c, bedoelde keuken moet op dezelfde
hoogte liggen als de vloer van de in art. 72, lid 2, bedoelde kamer (hoofd-
woonkamer), tenzij de keuken een oppervlakte heeft van ten minste 10 m2,
in welk geval het verschil in hoogte van de vloeren niet meer dan 3,5 m mag
bedragen.
Het hoogteverschil tussen de vloer van het in art. 62, lid 1, onder d, be-
doelde privaat en de in art. 62, lid 1, onder b en c, bedoelde kamers en
keuken mag niet meer dan 3,5 m bedragen.
Vrijstelling kan worden verleend:
a. van het bepaalde in de leden 1, 2 en 3, mits een aanvaardbare woning
wordt verkregen, voor:
1. woningen, die worden herbouwd op een terrein, waarvan het te herbouwen
deel, in verband met de naastliggende bebouwing en de plaats van de rooi-
lijnen van zodanige beperkte afmetingen is, dat handhaving van het bepaalde
in de leden 1, 2 en 3, redelijkerwijze niet mogelijk is;
2. dienstwoningen;
b. van het bepaalde in lid 2, indien op het niveau van de keuken een ruimte,
geschikt voor het gebruiken van maaltijden, aanwezig is.
ARTIKEL 70 Ligging van privaten en waterplaatsen
Een tot een gebouw behorend(e) privaat of waterplaats moet binnen dat ge-
bouw toegankelijk zijn.
Een privaat of een waterplaats mag niet rechtstreeks toegankelijk zijn vanuit
een kamer, een keuken, een badruimte, een opslagplaats voor levensmiddelen,
een bedrijfsruimte, een lokaal voor ziekenverpleging of onderwijs, een ruimte
voor het nuttigen van spijzen of dranken of een ruimte voor het houden van
voorstellingen of bijeenkomsten.
Niet van toepassing is het verbod, vervat in het voorgaande van dit lid, op de
toegankelijkheid van een privaat in een woning:
a. uit een kamer of een badruimte, indien de vrijstelling, bedoeld in art. 62,
lid 2, onder e, is verleend;
b. uit een badruimte, indien de woning bovendien nog een privaat bevat.
49
