90
31 maart 1966
49. Intrekking besluit tot verkoop van grond bij de Dr. Schaepmanlaan.
De heer Willemse meent dat dit voorstel twee aspecten heeft. Het ene
is dat gedeputeerde staten geen goedkeuring kunnen verlenen omdat het
bouwen van een wijkgebouw op die plaats in strijd is met het geldende
uitbreidingsplan, maar daarnaast wordt een ander aspect genoemd n.l. de
bezwaren van omwonenden tegen een wijkgebouw op die plaats. Burge-
meester en wethouders schrijven in hun voorstel: wij hopen binnenkort
een voorstel te kunnen doen tot verkoop aan het kerkbestuur van een ter-
rein waarop de oprichting van een wijkgebouw wel is toegestaan. Spreker
vraagt of er dan ook geen bezwaren van omwonenden te verwachten zijn,
en indien dit wel het geval is welke mogelijkheden er dan zijn om tot
stichting van een wijkgebouw te komen.
Wethouder Van Wijk antwoordt dat in het geldende uitbreidingsplan,
waartegen men dus geen bezwaren meer kan maken, een terrein aanwezig
is waarop een gebouw als hier bedoeld kan worden gesticht. Het is de
bedoeling om dat terrein aan het kerkbestuur te verkopen.
De heer Willemse vraagt of men dan wel kans ziet om met een ver-
gunning art. 20 der Wederopbouwwet te bouwen.
Wethouder Van Wijk antwoordt dat die vergunning dan niet nodig is
omdat volgens het uitbreidingsplan op die plaats een wijkgebouw mag
worden gesticht.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
X. KREDIET VOOR HET AANBRENGEN VAN EEN CENTRALE-
TELEVISIE-ANTENNE VOOR GEMEENTEWONINGEN
IN GLIP-OOST.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
50. Aanbrengen centrale televisie-antenne voor gemeentewoningen
Glip-Oost
De voorzitter deelt mede dat de commissies voor de volkshuisvesting en
voor openbare werken zich hiermede kunnen verenigen.
De heer Seheer wil nogmaals zijn visie op deze zaak motiveren. Levens-
beschouwelijk staat spreker op het standpunt dat het individu centraal
staat. De overheid heeft naar zijn gevoelen uitsluitend de taak om be-
schermend, om bescheiden dirigerend op te treden. Door dit voorstel wordt
de menselijke persoon in zijn waardigheid, in zijn doen en laten aangetast.
De bewoners van deze huizen hebben, eventueel met opoffering van spaar-
centen en dergelijke, een televisie-antenne op hun huis geplaatst en nu
komt de overheid met de eis die televisie-antenne te verwijderen omdat zij
daar een centraal systeem voor in de plaats wil stellen. Maar, zoals het
altijd gaat, de rekening ligt onder in de zak. Niet alleen dat de televisie-
antenne van de betrokkenen eigenlijk waardeloos wordt gemaakt, maar
bovendien moet voor de centrale antenne blijvend worden betaald. Dat blijft
spreker tegen de borst stuiten. Z.i. dient de gemeentelijke overheid dit niet
te doen.
De Voorzitter: „Wij hebben uw bezwaren gehoord."
Mevr. Vriesendorp vraagt hoeveel de huurverhoging tengevolge van de
aansluiting op de centrale antenne bedraagt en hoelang daarvoor betaald
moet worden. Spreekster heeft begrepen dat het een blijvende huurver-
hoging is, die meer bedraagt dan 150 per woning, zijnde de kosten van
een aansluiting op de centrale antenne. Is het waar dat men 24 pei jaar
aan huurverhoging moet betalen? In dat geval zou men er echter in 6