29 juni 1967
128
dat wanneer men een grote woning kan verkopen, men van de opbrengst
daarvan wel een kleine woning kan laten bouwen. Ook in de particuliere
sector kan men de koppen bij elkaar steken. Mensen die geld genoeg heb-
ben zullen op die wijze hun weg moeten vinden. Laat men dus vooral goed
in het oog houden dat de woningwetsector niet kan en mag gebruikt wor-
den voor de totale oplossing van de behoeften van alle aflopende gezin-
nen.
In de tweede plaats kan spreker zeggen dat bij het opzetten van dit
plan in de eerste plaats gestreefd is naar kwaliteitswoningen. In deze
raad is zo vaak gezegd dat er elders wel woningwetwoningen worden
gebouwd. Spreker wil eerlijk bekennen dat het bouwen van een woningwet-
woningen werkelijk zo'n kunst niet is. Maar als het gaat om Heemsteedse
woningwetwoningen te bouwen zoals dat in het verleden is gebeurd, die
eigenlijk moeilijk zijn te onderscheiden van de andere soorten bouw, dan moet
men het bouwplan opzetten op het scherp van de snede en dat is ook ge-
beurd. Burgemeester en wethouders hebben lering getrokken uit vorige
plannen waarin zij veel meer woningen voor aflopende gezinnen hadden
ingecalculeerd maar waarvan het aantal steeds moest worden terugge-
bracht omdat, relatief bezien, kleine woningen duur bouwen is. Toen
burgemeester en wethouders dus het plan hadden woningen te bouwen
waarvan zij wisten dat deze door de kwaliteit en door de maten die zij
aanhielden maar net door de sluis zouden kunnen en dat aan beide kanten
maar één centimeter ruimte zou overblijven, hebben zij daarbij bedacht
dat de raad, zij het node, dit bestemmingsplan waarin maar 6 van deze wo-
ningen voorkwamen, eenmaal had aanvaard, en dat zij dus uitvoerden
wat de raad zelf had beslist. Burgemeester en wethouders wilden hierbij
niet gaan experimenteren want zij hadden geen ruimte om te experimen-
teren. Zij zullen al blij zijn als deze 6 woningen voor aflopende gezinnen
worden gehaald. Nochtans wil spreker beloven dat hij met de architect
zal opnemen of het nu werkelijk zoveel meer zou kosten wanneer 20 wo-
ningen voor aflopende gezinnen in dit plan zouden worden opgenomen.
Spreker zou graag willen dat het kon. Als leken en als niet-leken zijn
hiervoor door de leden van de raad enige suggesties gedaan.
De heer Van der Hulst heeft gezegd dat er nogal wat veel gangruimte
is gepland. Spreker weet dat deze architect zeer geporteerd is voor brede
gangruimte. Hij heeft altijd gepropageerd geen gangen van 80 cm aan te
houden omdat daarvan de meest nare botsingen het gevolg kunnen zijn.
Zijn stelregel is: hou je gangen begaanbaar om je woning leefbaar te doen
zijn, en spreker voelt daar wel iets voor. Spreker dacht dat de architect
hier een gulden middenweg (een gulden gang moet hij dan eigenlijk zeg-
gen) heeft gevonden.
De door de heer Van der Hulst gesignaleerde slaapkamers zijn een
concessie aan de maat. Niet alle wensen kunnen worden vervuld. De heer
Van der Hulst heeft terecht opgemerkt dat de maat van de woningen gro-
ter is dan van de doorsnee woningwetwoning in den lande. Spreker
dacht zelfs dat in den lande nog niet een zodanige woningwetwoning be-
staat als hier zal gaan verrijzen. Als men ze spreker kan aanwijzen gaat hij
direct kijken en vergelijken. Spreker dacht dit plan onder de nieuwe voor-
schriften een van de eerste was en een van de beste dat wordt uitgevoerd,
dit in alle bescheidenheid gezegd.
De heer Van der Hulst heeft er op gewezen dat hoge bouw veel extra
kosten met zich brengt. Dat is waar maar het is een halve redenering.
Hoge bouw levert ook voordelen op n.l., dat op hetzelfde stuk grond voor
laagbouw bestemd met minder kosten meer huizen kunnen wordengebouwd.
Natuurlijk moeten bij hoogbouw meerdere voorzieningen worden getroffen
dan voor laagbouw, maar ondanks dat meer huizen kunnen worden ge-
bouwd is hoogbouw in totaal niet duurder.