123
29 juni 1967
noord-zuid-verbinding. Spreker vindt het uitblijven van definitieve ge-
gevens over deze toch al jaren slepende materie een kwalijke zaak. Een
gevolg hiervan is een blijvend gevoel van onzekerheid speciaal ten aan-
zien van het handelen van de diverse instanties, waaronder zeker de ge-
meente Heemstede, en de diverse particulieren. Naar sprekers mening wordt
speciaal bij de provincie wel wat al te lichtzinnig omgesprongen met de
belangen van deze partijen. Spreker zou gaarne van deze gelegenheid
gebruik willen maken om het college te verzoeken de provincie nog eens
te attenderen op het wel zeer nare gevolg van het maar steeds uitblijven
van definitieve beslissingen over het tracé van deze wegen. Spreker heeft
bij geruchte gehoord dat men, nadat alles practisch in kannen en kruiken
bleek te zijn, de trace's weer wil veranderen. Met dat al spoeden de
jaren voort zonder dat er iets positiefs uit de bus komt.
De voorzitter antwoordt dat deze woorden uit het hart van het college
zijn gegrepen. Het ingediende voorstel is op zichzelf een wettelijk toegestane
weg, die zin heeft wanneer men bepaalde plannen in groter verband heeft,
en waarmee dan voorkomen kan worden dat er bouwwerken zullen verrijzen
die later weer moeten verdwijnen. Het lange uitblijven van beslissingen
met betrekking tot de aan te leggen provinciale wegen of welke andere
wegen ook in regionaal of ander verband, is echter zeer teleurstellend.
Beter een beslissing waar veel bezwaren tegen zijn, waar lang niet iedereen
het mee eens kan zijn, dan geen beslissing. Spreker wil de kwalificatie van
de heer Rücker rustig overnemen, n.l. dat het een kwalijke zaak is wat
op dit gebied gebeurt, terwijl het verkeer zich steeds meer in elkaar
schroeft en allerlei zaken worden bevroren en opgehouden. Van de zijde
van de samenwerkende gemeenten wordt deze zaak ook bij de kop ge-
nomen. Het plan bestaat om de dames en heren die hierover beslissen
moeten, in autobussen langs alle knelpunten te rijden in de hoop dat het
zien van de zaken en het zien van de misêre zal leiden tot het nemen
van beslissingen. Met de heer Rücker is spreker van oordeel dat deze
zaken zodanig op de lange baan worden geschoven dat het werkelijk tot
ergenis kan leiden. Hoeveel jaren wordt er nu al gesproken over de weg
de Ranitz! Laten we maar rustig uit spreken dat dit een heel nare en kwa-
lijke zaak is. Als een weg nodig is en die is in dit geval nodig dan
moet daartoe een besluit worden genomen, zij het dan een meerderheids-
besluit. Spreker ziet niet in waarom dit in dit geval niet kan.
De heer Rücker vraagt of het mogelijk is deze kwestie nog eens bij de
provincie aan de orde te stellen.
De voorzitter antwoordt dat burgemeester en wethouders permanent aan
de bel zullen trekken en bij elke zaak die hiermee te maken heeft hierover
zullen praten en dat gebeurt ook steeds. Na de Statenverkiezingen zijn er
weer nieuwe gedeputeerden gekozen met als gevolg nieuwe inzichten om-
trent deze materie. Spreker hoeft dat niet nader uiteen te zetten. Ook de
wisseling van het hoofd van een dienst heeft andere opvattingen tot ge-
volg gehad en daarmee is de zaak weer op losse schroeven komen te staan.
De heer Rücker: „Mogen wij misschien een motie aan de orde stellen?"
De voorzitter vindt een motie een beetje zwaar. Spreker meent wel dat in
de notulen als algemeen gevoelen van de raad kan worden opgenomen,
dat het hoogst noodzakelijk is dat in deze een beslissing wordt genomen.
Spreker vindt een motie, gericht tegen een hoger gezag, altijd een beetje
bezwaarlijk. Een motie van de Provinciale Staten voor het Rijk bestemd
zou spreker ook niet helemaal juist vinden en evenmin een motie van de
raad die voor de provincie bestemd is.
De heer Rücker: ,,Het zal wel een verstandige suggestie zijn. Ik vertrouw