108 4e afd. 28 september 1967 Artikel 18. De gemeente-ontvanger zendt zo spoedig mogelijk aan burgemeester en wethouders een staat met toelichting van de aanslagen of gedeelten van aanslagen welke hij niet heeft kunnen invorderen. Burgemeester en wet- houders zenden deze staat aan de gemeenteraad met een voorstel tot oninbaarverklaring van de posten welke zij daarvoor vatbaar achten. 1. Het niet of niet behoorlijk vervullen van de formaliteiten welke ter uitvoering van deze verordening worden gevorderd, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van ten hoogste driehonderd gulden. 2. Het doen van een onjuiste of onvolledige aangifte of opgave, zulks met het oogmerk de belasting te ontduiken, wordt krachtens artikel 306 van de gemeentewet gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of met geldboete van ten hoogste drieduizend gulden. Artikel 20. Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening op de Drank- en Horecabelasting. Deze verordening treedt in werking op 1 november 1967. II. de Verordening op de heffing en de invordering van het vergunnings- recht en het verlofsrecht in de gemeente Heemstede, vastgesteld bij zijn besluit van 28 december 1950, no. 112, goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 12 februari 1951, no. 8, in te trekken met ingang van het tijdstip bedoeld in artikel 87, tweede lid, van de Drank- en Horecawet. Artikel 19. Artikel 21. Heemstede, 28 september 1967. De Raad voomoemd, De secretaris, voorzitter,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 46