14 december 1967 232 mij niet alleen interessant doch ook nuttig, wanneer het college bereid en in staat zou zijn over het wenselijk- en mogelijk aandeel van de gemeente Heemstede in de stimulering van jeugdwerk op allerlei gebied een nota aan de raad voor te leggen. Over de departementen van de heer Verhoeven wil ik vanavond weinig zeggen. Mijn fractiegenoot de heer van Ark, zal dit morgen doen. Hoogs- tens zou ik tegen de heer Verhoeven, in de meest overdrachtelijke zin, wil- Ien zeggeri: „meneer, U lekt", want de gaslekken zijn en blijven een ernstige zaak. Wethouder Corver heeft zich wel eens, in zijn functie van wethouder van onderwijs, tevreden uitgelaten, dat er over zijn begrotingshoofdstuk geen vragen door leden van de raad waren gesteld. Voor deze tevredenheid is er dan hedenavond geen plaats. Nog steeds ben ik ontevreden over de afschaffing van de boventallige leerkrachten op onze Heemsteedse lagere scholen. Ik vind een lste klas van de lagere school, waarin 42 kinderen zitten, apert te groot. Destijds is door burgemeester en wethouders als argument voor de afschaffing van het instituut boventallige leerkrachten opgemerkt, dat Heemstede één van de weinige gemeenten was, waarin dit instituut toen nog bestond. Op zich- zelf is dat geen argument. Maar nu las ik in Het Parool, het eigen Parool van de wethouder van onderwijs, dat zelfs Amsterdam met haar niet zo erg sterke begroting nog een groot aantal boventallige leerkrachten heeft en deze ook dit jaar zal behouden. Wanneer ik hiervoor heb gesteld, dat een randgemeente als Heemstede haar kracht elders moet zoeken dan bij het stichten van grote gebouwen, dan dacht ik onder meer aan zo goed mogelijk onderwijs. Nu is het zo, dat van een lste klas van 42 leer- lingen, vôör Kerstmis al 2 3 minder begaafde leerlingetjes helemaal niet mee kunnen komen en er voor spek en bonen bijzitten. De leerkracht heeft eenvoudig de tijd niet om zich apart en speciaal met deze achterblijvers bezig te houden. Heemstede is trouwens toch erg achter met voorzieningen voor de kin- deren, die op de één of andere wijze op de lagere school stranden. Wij missen een jeugdpsychologische dienst, waar de oorzaak van het achter- blijven kan worden opgespoord. Wij missen scholen voor buitengewoon on- derwijs, waar deze kinderen kunnen worden opgevangen. Er komt nu in Hoofddorp een L.O.M.-school waarop Heemsteedse kinderen kunnen wor- den geplaatst. Maar zal deze plaatsingsmogelijkheid niet ophouden, wan- neer de gemeente Haarlemmermeer deze school geheel voor haar eigen kinderen nodig heeft? Ik pleit erg voor inschakeling van enige vorm van psychologische dienst ten behoeve van de minder begaafde of misschien teveel begaafde, want dat komt ook voor Heemsteedse lagere school leerlingen. Verder pleit ik voor aanstelling van enige zgn. ,,remedial-teachers", waarmede tevens tegenover de ongelukkige afschaffing van de boventallige leerkrachten iets zal zijn gedaan. Remedial teachers zijn leerkrachten, die vrijgesteld zijn om op de scholen in schooltijd de achterblijvers meer individueel op te van- gen en zo mogelijk bij te werken. Ik hoop zeer, dat burgemeester en wet- houders mij enige hoop kunnen geven, dat in deze zin het een en ander in Heemstede zal gebeuren. En terwijl wij dan moeizaam zoeken naar betere mogelijkheden voor het onderwijs, willen burgemeester en wethouders de goede en nuttige in- stelling van kleuterhelpsters de nek omdraaien. Het is niet alleen een po- ging tot moord, maar burgemeester en wethouders zijn ook recidivisten binnen de proeftijd! Burgemeester en wethouders erkennen, dat het ,,ge- makkelijk" is, wanneer de helpsters er zijn, doch „noodzakeIijk" achten zij dit niet. Nu is weinig in dit Ieven echt „noodzakelijk" en het woord „ge- makkelijk" mogen wij rustig vervangen door „uiterst nuttig". Dit is 'voor de grote meerderheid van mijn fractie de reden om burgemeester en wet-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 11