14 december 1967 244 Maar een raad, die zichzelf respecteert en overtuigd is van de noodzaak om bepaalde kapitaalvoorzieningen te treffen, zal er niet voor terug moeten schrikken om daarvoor een beroep op de burgerij te doen. Er is ook geen enkele reden om bij bepaalde groepen van de burgerij in het gevlei te ko- men, door het achterwege laten van een op redelijke argumenten steunende belastingverhoging. Een democratisch opgevoede burgerij daarom is een goede voorlichting ook zo belangrijk zal, wanneer zij ziet wat zij voor een verhoging van een belasting terugkrijgt, voor deze verhoging begrip hebben, behoort het althans te hebben. Wij hebben gezien, en het heeft met grote koppen in de krant gestaan: „de financiële positie van Heemstede is kerngezond." Hoe deze constatering te rijmen valt met het voorstel van burgemeester en wethouders tot op- heffing van het instituut van de kleuterhelpsters, ontgaat mijn fractie volkomen. Dit instituut is op zichzelf al een lapmiddel om een onaanvaard- bare zaak (n.l. de nog steeds niet verlaagde leerlingenschaal) dragelijker te maken. Het feit, dat burgemeester en wethouders dit noodzakelijke kwaad voorstellen (en dat nog wel ten tweede male) als een luxe, waarop nu maar bezuinigd moet worden, is voor mijn fractie onaanvaardbaar. Financieel gesproken houdt dit standpunt de volgende consequenties in. Voor 1968 moet voor de instandhouding van het instituut een bedrag aan middelen worden gevonden van 54.000,Ik dacht dat het verantwoord zou zijn de post voor onvoorziene uitgaven met dit bedrag te verlagen, op welke post dan nog, los van de gereserveerde bedragen wegens rente en afschrijving voor de met name genoemde kapitaalobjecten, een bedrag van rond 100.000,beschikbaar zal zijn. Verder neem in hierbij dan aan, en ik dacht dat ik daar enige goede redenen voor had, dat het gereser- veerde bedrag van 100.000,wegens wijziging van het systeem van vuilverwijdering aan de hoge kant is en voorts dät als gevolg van nadere ramingen voor de uitbreiding van het raadhuis, dat heeft de raad kunnen zien in de suppletoire begrotingen en in de stukken die hij van burgemees- ter en wethouders heeft gekregen, nog een bedrag van ruim 12.000, aan middelen voor de gewone dienst vrij komt. Met de verhoging van de watertarieven met 6 ct per m3, ingaande 1 januari 1968, welke stijging louter het gevolg is van de verhoogde prijs die Gemeentewaterleidingen van Amsterdam voor de levering van water aan Heemstede in rekening brengt, kan mijn fractie akkoord gaan. Na deze verhoging zal de prijs 50 ct. per m3 bedragen, werkelijk geen prijs om er van onder de indruk te komen, vooral niet wanneer hij wordt vergeleken met de prijs van het water in 1938, welke toen niet minder dan 24 ct. per m3 bedroeg. Het bedrijf pompte toen niet alleen water, maar tevens 37.000,winst in de gemeentekas. In datzelfde jaar leverde het elek- triciteitsbedrijf een winst op van 124.000,en het gasbedrijf van 72.000,De bedrijven waren in die jaren melkkoetjes voor de gemeente. Dat kon alleen door het instandhouden van een tarievenstelsel, dat voor- al voor de mensen met de smalle beurzen veel zorgen baarde. Gelukkig ligt die tijd ver achter ons. Het is trouwens toch een interessante bezigheid om de cijfers van 1938 met die voor 1968 te vergelijken, maar dit zou mij te ver voeren. Wat mij op dit ogenblik meer interesseert, is het voor tweeërlei uitleg gegeven ant- woord op vraag 54, welke handelt over de in 1965 door de raad aanvaarde verdeelsleutel voor de nog te bouwen woningen van 56% in de gesubsidieer- de en 44% in de ongesubsidieerde sector. Mijn fractie hoort graag in con- creto van burgemeester en wethouders, niet alleen de erkenning dat ook naar hun mening 'sraads beslissing nog onverkort geldt, maar bovenal, dat het college daarmede ten volle rekening zal houden bij zijn op dit punt te voeren beleid. Hier dient elke twijfel uitgesloten te worden. Thans nog sleehts een enkele opmerking in vogelvlucht, want het lijkt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 23