14 december 1967
246
kunnen vinden en dat wel degelijk nader onder de loupe moet worden ge-
nomen. Daar kunnen we misschien morgen nog uitgebreider op ingaan."
De voorzitter: „U weet dat morgen het afdelingsverslag en de memorie
van antwoord aan de orde komen waarbij men zich heeft te houden aan de
gestelde vragen. Uw vraag over de brandweer komt daarin niet voor."
De heer Smit: „Dat begrijp ik. Maar dat zijn de zorgenpunten die ik niet
in de begroting terug heb kunnen vinden. Ik heb grote waardering voor de
begroting, maar dit waren een paar knelpunten."
De Voorzitter: „Wij nemen er akte van dat u met zorg voor onze ge-
meente vervuld blijft."
De heer Bomans zegt: „Meneer de Voorzitter. Zouden alle raadsleden
een partij of groep vertegenwoordigen en bijgevolg een algemene beschou-
wing houden, dan geloof ik niet dat de raad dit jaar nog aan zijn jaarlijks
diner zou toekomen. Als éénpersoonswagen zal ik trachten een zo kort mo-
gelijke rit te maken. Ik wil dan däär beginnen waar ik het vorig jaar
ben opgehouden, n.l. bij de vraag „sinds wanneer is Bloemendaal ontwik-
kelingsgebied Een vraag door mij gesteld n.a.v. het subsidie ad 50,-
aan de Tuinliedenvereniging Aerdenhout en Omstreken. Ik mag U mis-
schien wel verklappen dat ik bij de aanbieding van het subsidievoorstel
1968 het eerst deze post heb nageslagen. Uiteraard niet om de 50,doch
om het principe, reden waarom ik ook vorige keer over deze hinderlijke
molshoop gestruikeld ben. Het verbaast mij, dat het subsidie aan voor-
noemde tuiniieden verdubbeid werd. Het gaat Bloemendaal kennelijk niet
voor de wind en in Heemstede heeft men kennelijk niet in de gaten, dat
het verhogen der subsidies velen uit de burgerij toch irriteert. Het college
zal aanvoeren dat de helft van de leden van genoemde vereniging inwoners
onzer gemeente zijn. Behalve dat ik de verhoging däärom nog niet tactisch
behoef te vinden, acht ik vele subsidies als zodanig echter overbodig. Met
name wens ik hier nog eens te noemen het subsidie aan de ambtenaren-
sportvereniging. De voorzieningen voor de ambtenaar zijn gunstiger dan
voor de zelfstandigen; zijn bestaan is het minst bedreigd, en de salarissen
zijn zeker niet zodanig dat de voetbalbroek extra ten laste van de burgerij
moet komen. Ik betreur het dat, ondanks de opkomst der kleine partijen
het subsidiepakket met een halve ton vermeerderd is".
De voorzitter: ,,Misschien moeten wij de kleine partijen ook gaan sub-
sidiëren".
De heer Bomans: Overigens heb ik in dit jaar wel geleerd, dat men
niet ongenuanceerd door alie subsidies een streep kan zetten. Ik heb wei
degelijk oog voor de vaak moeiiijke beslissingen waarvoor het coliege staat.
Dit geidt uiteraard primair de grote werken. Twee wil ik er noemen. Het
plaatsen van verkeerslichten op het Wipperplein zou ik ernstig betreuren.
De wegen raken vergeven van de verkeerslichten, de weggebruiker raakt
er steeds meer door geïrriteerd. Alieen in uiterste noodzaak acht ik ze
toelaatbaar. Die noodzaak zie ik bij het Wipperplein niet. Door de aanleg
van een tussenstrook waardoor het plein gesplitst wordt, kan er reeds nu
gelegenheid geschapen worden in twee fases over te steken. Voor auto,
wielrijder én voetganger lijkt mij de situatie goedkoop en doeltreffend op-
gelost. Wie het, komend van de Glip, dan nog niet aanstaat, hij neme de
Binnenweg of via de van Merlenlaan de Heerenweg.
Wat het raadhuis betreft, ben ik een voorstander van uitbreiding en ik
vind het ontwerp daarvoor bijzonder geslaagd. Een raadhuis betekent het
visitekaartje van de gemeente. In een tijd waar het bestaan van de kleine
gemeente bedreigd wordt, moet niets nagelaten worden om haar positie te
versterken. Een fraai raadhuis draagt daar zeker toe bij. Benauwen doet