14 december 1967
254
ding veroorzaken. Spreker zou de raad ernstig in overweging willen
geven deze zaken nog eens te overwegen en te bedenken dat de gemeente
zieh toch waarachtig niet voor reserve behoeft te schamen. Wanneer we
om ons heen kijken en we hoeven heus niet zo heel ver te kijken, dan
dacht spreker dat wij altijd nog gelukkiger konden zijn met een reserve
dan met een enorm tekort.
De heer Enschedé heeft o.a. gezegd: „Dan zou de vraag kunnen rijzen,
waarom er niet in de vette jaren gespaard is voor de magere". Spreker
kan dat ondersehrijven maar meent dat de heer Enschedé dit beter kan
spuien aan het adres van enkele andere gemeentebesturen. In Heemstede
leven wij nog in zodanige omstandigheden dat nog wat opzij kan worden
gelegd. Als de raad die gelegenheid nu niet zou aanvaarden, zou spreker
dat een vrij kortzichtig beleid vinden.
Spreker heeft begrepen dat het de bedoeling is op het ogenblik op de
subsidieaanvrage van Alliance niet verder in te gaan. Spreker wil er nog
wel een opmerking over maken. Het college staat op het standpunt dat
een dergelijke enorme uitgave voor een clubhuis van een sportvereniging
niet verantwoord is als de sportvereniging zelf niet een veel groter aan-
deel in de financiering daarvan weet op te brengen dan de overheid. Spre-
ker is van mening dat de gemeente om redenen van financiële aard daar-
aan niet mag beginnen.
De heer Rutgers heeft enkele onvolkomenheden van het onderwijs op-
genoemd. Hij heeft er op gewezen dat er geen jeugd-psychologisehe dienst
is en er geen scholen voor buitengewoon lager onderwijs zijn (er komt een
LOM-school in Hoofddorp waar Heemstede wellicht kinderen naar toe mag
sturen) en hij heeft gepleit voor de aanstelling van enige remedial teachers.
Dat zijn zaken die mede vallen onder het beleid van mevr. v. d. Meulen.
Mevr. v. d. Meulen zal daar nog wel verder op ingaan. Spreker zou alleen
willen opmerken dat al regelmatig van de diensten van een paar remedial
teachers gebruik wordt gemaakt. Zij verrichten echter hun werk niet in-
1 maar buiten de scholen. Burgemeester en wethouders onderzoeken op het
ogenblik deze zaak. Zij hebben daartoe al besprekingen gevoerd teneinde
een misschien wat bevredigender oplossing te verkrijgen.
Spreker vond het geluid van de heer Enschedé consequent-progressief.
Het was niet radicaal, maar men kan de meest wonderlijke combinaties
hebben tegenwoordig. Wat dat betreft was dit misschien weer een nieuwe
vorm. Niemand weet nog wat consequent-progressief precies is, maar
misschien zou dat aan meneer Bogaers kunnen worden gevraagd. Volgens
de t.v.-uitzendingen weet hij het echter doorgaans zelf ook niet.
Spreker dankt de heer Verkouw voor zijn waardering voor het finan-
ciële beleid van het college. Het spijt hem dat de heer Verkouw het beleid
van het college met betrekking tot de kleuterhelpsters, niet kan aan-
vaarden. Mogelijk komt men nog wat nader tot elkaar
Tot de heer Bomans zou spreker willen zeggen dat de subsidienota de mo-
gelijkheid biedt om op iedere subsidieaanvrage in te gaan, zodat hij over
details morgen nog kan spreken.
Wethouder Van Wijk zegt dat hij, na de algemene beschouwingen mees-
tentijds weer met genoegen te hebben aangehoord en wederom betreurend
dat de politleke aspecten zich onttrekken aan de beantwoording door het
college, zich bij de beantwoording van de sprekers zal beperken tot de
vragen en opmerkingen de hem toevertrouwde portefeuille betreffende.
De heer Willemse heeft nogmaals de aandacht gevraagd voor de alleen-
wonenden. Hij heeft daarbij het antwoord van het college aangehaald
op een gestelde vraag, hetwelk luidde: „Wij trachten geïnteresseerden aan
te trekken om in de huursector ook voor deze bewoners te bouwen". Spre-
ker heeft toevallig de laatste weken door middel van de welstandscommis-
sie twee dergelijke projecten gezien. Het ziet er naar uit dat binnenkort,