14 december 1967 258 Op een gegeven ogenblik konden 308 woningwetwoningen worden ge- bouwd. Hoe die nu liggen in de verhouding 56-44 kan spreker niet zeggen. Als ze klaar zijn liggen de 56 al een eind voor op de 44. Spreker gelooft niet te optimistisch te zijn als hij verwacht dat in de loop van het volgend jaar op een gegeven ogenblik 500 600 woningen in aanbouw zijn, waarvan 308 van de gemeente; pl.m. 60 van een plan Koster, waarvan spreker vanmiddag de tekening heeft gezien; pl.m. 40 van een plan van de stich- ting tot bevordering van de woningbouw in Heemstede; een plan van Smits Bouwbedrijven aan de Zandvoortselaan en 6 bungalows van een plan Nijhan aan de Reggelaan en dan nog wat particuliere bouw. Het zou mooi zijn als deze plannen allemaal door zouden gaan. Tenslotte heeft de heer Smit gezegd, op het Wipperplein geen ver- keerslichten nodig' te achten. Weer een mening. Deze zaak blijft bij bur- gemeester en wethouders in studie. Zij hopen binnenkort met een plan voor een voorlopige voorziening te komen dat geen kapitalen verslindt welke weg zouden zijn als de definitieve oplossing komt. Wethouder mevr. Van der Meulen zegt dat de heer Rutgers, toen hij de verschillende wethouders de revue liet passeren, zich heel hoffelijk eerst heeft gewend tot de vrouwelijke wethouder, maar dat hoffelijke gebaar ogenblikkelijk heeft bedorven door haar een „dure wethouder" te noemen. Dat is nu echt een opmerking van een man. Spreekster vraagt zich af waarom alle mannen dan zo erg veel moeite doen om zo snel mogelijk hun geld aan een dure vrouw te besteden. Dat spreekster als wethouder duur is ligt niet in het feit dat zij vrouw is, maar dat ligt in de aard van haar portefeuille. Zij maakt zich sterk dat, wanneer een man wethouder van sociale zaken was, hij minstens evenveel misschien wel meer zou uit- geven dan spreekster. Evenzo is het met de sportzaken gesteld. De sociale zorg is voor een groot deel van hogerhand geregeld. Het is daarom dat de gemeente pl.m. 80% van de kosten, hieraan besteed, van het rijk terug- ontvangt. De kosten voor sociale zaken zijn gestegen door de werking van de Algemene Bijstandswet en ook door het feit dat er meerdere be- jaardentehuizen zijn verrezen waarin vele ingezetenen een plaatsje hebben gevonden. De heer Enschedé heeft zich afgevraagd waarom zovele bejaardentehui- zen nu juist in het westen van het land worden gebouwd en waarom men dat niet meer elders in het land doet, waar men bovendien tegen redelijker prijzen beter verzorgd zou kunnen worden. Spreekster zegt dat de heer Van Wijk al heeft opgemerkt dat de getneente zelf geen bejaardentehuizen heeft gebouwd. Zij wijst er op dat het bouwen in het oosten van het land even duur is als in het westen. Bovendien zijn de loonkosten van de arbeidskrachten even hoog, want er zijn vastgestelde loonschalen voor de verschillende hulpen in de bejaardentehuizen. Spreekster vindt het boven- dien van weinig gevoel getuigen om bejaarden, die altijd in het westen van het land hebben gewoond en hier hun vrienden en familie hebben, te verplaatsen naar een streek waar zij zich zeer waarschijnlijk niet thuis zullen voelen en waar zij het contact missen dat er wel is in de plaats waar zij altijd hebben gewoond. Zij gelooft dat het geen financieel voordeel zou geven en dat men ook uit gevoelsoverwegingen dat zeer beslist niet zal mogen doen. Voorts heeft de heer Rutgers gesproken over de hoge kosten van de sport en heeft hij gevraagd waar de grens ligt en waar in de steun aan actieve en passieve recreatie de juist verhouding ligt. Spreekster wijst er op dat de sportvereniging'en slechts voor hun jeugdleden subsidie ont- vangen. Daamaast betaalt de gemeente natuurlijk ook vrij veel voor de sport door de exploitatie van de sportparken en verdere sportaccommoda- ties. Bij het subsidiëren van de jeugdleden van sportverenigingen moet men bedenken dat niet alle jeugd geld verdient, maar dat tegenwoordig

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 37