14 december 1967 260
De zaak van de remedial teachers is nog niet rond. Er is een bespreking
gaande met de hoofden van de scholen en de schoolartsen over de vraag
op welke wijze kinderen met bepaalde psychische stoornissen of anderzins,
het beste kunnen worden geholpen. Burgemeester en wethouders zijn er
nog niet uit of dat remedial teachers moeten zijn die in de schooltijden
deze kinderen helpen of dat misschien een andere weg moet worden ge-
zocht voor enkele kinderen die eigenlijk een L.O.M.-school zouden moeten
bezoeken. Dit alles is nog in studie. Deze zaak is nog niet in het college
behandeld maar heeft wel de aandacht.
Er bestaat een zegswijze dat één vrouw 1000 mannen te erg is. Spreek-
ster kan zich echt niet voorstellen dat één vrouw 4 mannen te erg is.
De heer Rutgers heeft gezegd dat spreekster rustig duur kon zijn, maar
omdat het college in collegiaal verband werkt, vindt spreekster dat de
heer Rutgers haar collega's en de burgemeester daarmee eigenlijk zeer
diep heeft beledigd.
Spreekster heeft een klein beetje tot haar schrik gelezen, dat m de
Haarlemse raad de toezegging is gedaan dat de bijstandsnormen zullen
worden gepubliceerd. Hier is blijkbaar iets mis gegaan. Dat is waar-
schijnlijk gekomen door het feit dat wethouder Van der Veldt lange tijd
ziek is geweest en ontslag heeft genomen. Hierover zou, in het kader van
de intergemeentelijke samenwerking, op 5 januari a.s. een vergadering
worden gehouden. Het is niet zo dat de vraag niet goed is beantwoord, het
is alleen een klein misverstand geweest, een kleine verschuiving in de
tijd. Wanneer op 5 januari wordt besloten tot het publiceren van de
bijstandsnormen, dan is spreekster voornemens in het college voor te
stellen dit ook te doen. Zij wil nog wel zeggen dat zij daar altijd nog
enige moeilijkheden mee heeft omdat zij vindt dat publicatie van de bij-
standsnormen de privacy van de mensen die steun ontvangen aantast.
Het is voor de betrokkenen niet plezierig als de buurt in de krant kan
lezen hoeveel steun zij krijgen. Deze normen worden absoluut niet geheim
gehouden. Ieder die op het sociale terrein werkt is in het bezit van deze
normen. Ook de raadsleden kennen deze normen. Zij worden dus echt
niet ongecontroleerd vastgesteld.
Wethouder Verhoeven zegt dat de heer Willemse naar sprekers smaak
juist heeft geredeneerd met te zeggen dat de rente en aflossing voor de
geraamde kapitaalswerken nu wel gedekt zijn, maar dat het betalen van
die werken een heel andere kwestie is. Het merkwaardige is, dat een
groot deel van de gemeentenaren nog altijd meent dat in het raadhuis
een oude kous of een potje aanwezig is waar de reserves inzitten. Dat is
niet het geval. Als straks een bepaald werk kan worden uitgevoerd moe-
ten daarvoor de contanten op tafel komen. De heer Willemse vraagt in
verband daarmede of de gemeente nu niet de gronden die in het jongste
verleden zijn gekocht, kan verkopen om zodoende aan de contante duiten
te komen. Inderdaad ligt dat in de bedoeling. Buiten de gronden die de
gemeente wil benutten voor de gesubsidieerde sector van de wonmg-
bouw zal er ongetwijfeld grond voor de verkoop overblijven en burgemees-
ter en wethouders zullen trachten daarvoor kopers te vinden. Dat kunnen
zijn institutionele beleggers voor de grootste projecten, dat kunnen natuur-
lijk ook particulieren zijn om een eigen huis te kunnen bouwen.
De heer Rutgers heeft gezegd: „meneer u lekt". Tot sprekers grote
genoegen (i.v.m. sprekers leeftijd) heeft hij er bij gezegd: „in overdrachte-
lijke zin". Spreker heeft begrepen dat de heer Van Ark daar morgen nog
over zal praten. Spreker hoopt dat de heer Van Ark hem lief zal behan-
delen
De'heer Enschedé heeft geconstateerd dat de winsten bij de bedrijven
gering zijn; hij zou eventueel verantwoorde verhogingen van de prijzen
niet afwijzen en hij zou willen streven naar productiviteitsverhoging door