14 december 1967
226
versehaffen van woonruimte aan alleenstaanden. Met genoegen heb ik
kennis genomen van het antwoord van het college op vraag 55 van het
afdelingsverslag waarin het college mededeelt, ook van mening te zijn dat
het scheppen van woonruimte voor alleenstaanden noodzakelijk is. Het
college wil trachten beleggers en bouwondernemers hiervoor te interesse-
ren. Hoewel mijn fractie hiervan met dankbaarheid heeft kennis genomen,
meent zij dat het mogelijk is nog meer te doen, n.l. door de mogelijkheid te
onderzoeken of in de woningwetsector woonruimte kan worden gecreëerd
voor die groepen van alleenstaanden, voor wie een woonruimte, ontstaan
door bouwactiviteiten van de door het college genoemde categorieën, te
kostbaar zal zijn. Gezien het feit dat het o.a. in Amstelveen en Zaandam
mogelijk is gebleken in de woningwetsector huurflats te bouwen waarvoor
een huurprijs zal gelden van 110,tot 157,per maand, meent mijn
fractie dat er toch wel reële mogelijkheden aanwezig zijn. Het zal het col-
lege ongetwijfeld bekend zijn, dat door het Ministerie van Volkshuisvesting
voor dit doel een gunstige regeling is getroffen. Ik citeer uit een brief
van genoemd ministerie d.d. 21 juni 1967, gerieht aan de Nederlandse
Vrijgezellenbond
„Voor woningen voor alleenstaanden wordt een gunstige regeling toe-
gepast wat betreft het in rekening brengen van het benodigde contingent
ten laste van het aantal woningen waarover een gemeente mag beschikken;
woningen voor alleenstaanden worden namelijk, indien zij niet meer dan
twee verblijfseenheden bevatten, slechts voor een halve contingentseenheid
berekend, hetgeen de bouw van dergelijke woningen voor de gemeente-
besturen aantrekkelijk maakt." en verder: ,,Ik geef U daarom in overwe-
ging de belangen van de leden van Uw organisatie te blijven ondersteunen
bij de gemeentebesturen".
Het is mij verder bekend, dat het college aanvankelijk heeft getracht
in het bouwplan Kerklaan wooneenheden voor alleenstaanden op te nemen,
hetgeen jammer genoeg in een later stadium niet mogelijk is gebleken.
Met bijzondere aandrang zou mijn fractie het college willen verzoeken bij
het maken van verdere bestemmingsplannen, waarin woningwetbouw zal
worden geprojecteerd, al het mogelijke te doen voor deze groep van alleen-
staanden woonruimte te realiseren, omdat het bezit van een eigen home
zulk een groot stuk levensvreugde kan betekenen.
Reeds enkele malen heb ik in het voorgaande gewezen op de moeilijke
financiële situatie doordat de gemeente niet voldoende vaste financierings-
middelen voor het uitvoeren van kapitaalswerken kan verkrijgen. Ook het
college wijst hier herhaaldelijk op. In dit verband vraagt mijn fractie zich
af, of mogelijk niet een zekere armslag kan worden verkregen uit de
verkoop van bouwterrein aan b.v. institutionele beleggers. Met de aldus
verkregen gelden zouden wellicht achterstallige kapitaalswerken kunnen
worden uitgevoerd en zou er misschien tevens weer enige ruimte worden
verkregen voor andere nuttige werken, zoals verwärming van het buitenbad
in het zwembad; herindeling van de sportvelden op het sportparkcomplex;
een definitieve oplossing voor de beide voetbalvelden aan de Ringvaartlaan,
welke velden zo dikwijls onbespeelbaar zijn, en nog vele andere nuttige
zaken.
Dit brengt mij vanzelf bij het voorstel om medewerking te verlenen aan
de bouw van een clubhuis voor de M.H.C. „Alliance". Mijn fractie is ver-
heugd dat het college voorstelt aan Alliance de benodigde grond voor het
oprichten van een clubhuis in erfpacht te geven en de betaling van de rente
en aflossing van een door Alliance te sluiten geldlening te garanderen.
Mijn fractie is echter bijzonder teleurgesteld over het feit dat de aanvrage
om een jaarhjkse subsidie van 5.000,te verlenen, welk bedrag jaarlijks
minder wordt, door de meerderheid van het college wordt afgewezen. Deze
meerderheid motiveert de afwijzing met het argument, dat bedoeld ciub-
gebouw te groot zou zijn en te luxueus van opzet. Dit standpunt kan mijn