15 december 1967 301 zien, maar mocht dat niet zo zijn dan wil zijn fractie ook met een verlies jenoegen nemen. De heer de Ruiter zegt dat zijn fractie van oordeel is dat het op zichzelf niet verantwoord is om bij exploitatie van dergelijke objecten een groot ver- lies toe te staan. Voor zover bij de tennisbanen de tarieven worden gevolgd zoals die ook door de particuliere exploitanten van tennisbanen worden berekend, behoeft men zich niet bovenmatig bezorgd te maken als door toevallige omstandigheden, zoals een extra investering voor verbetering van een clubhuis of iets dergelijks, een tijdelijk tekort op de begroting verschijnt. Een en ander natuurlijk met behoud van het uitgangspunt dat deze banen, met dezelfde tariefstelling als van de particuliere banen, op den duur weer een sluitende exploitatie krijgen. Wethouder mevr. Van der Meulen antwoordt dat de heer Rutgers nog al- tijd bij zijn mening blijft dat de tennissport apart moet worden bekeken. Spreekster is het met deze zienswijze niet eens, want dan zou men even- goed kunnen zeggen dat ook de hockeysport, honkbal en dergelijke zich- zelf moeten kunnen bedruipen. Spreekster gelooft dat men moet stellen dat iedere sport het recht heeft, wanneer dit noodzakelijk is, een klein tekort op de begroting te veroorzaken. Het betrekkelijk kleine tekort op de ex- ploitatie van de tennisbanen acht spreekster volkomen verantwoord. Ter geruststelling van de heer de Ruiter kan spreekster zeggen dat de huren van de tennisbanen behoorlijk hoog zijn. De Heemsteedse Sportstichting is lid van de bond van tennisbaanexploitanten. In die bond worden de tarieven gezamenlijk bekeken en dan is juist de Heemsteedse Sportstichting vaak bereid om de tarieven op te trekken. Ook voor het volgende jaar zullen de tarieven worden verhoogd. De baanhuur is voor particulieren met 10% verhoogd en voor de verenigingen met 5% omdat de Heemsteedse Sportstichting de verenigingen toch wel graag wil ontzien. Het is n.l. zeer belangrijk dat deze tennisverenigingen er zijn, ook voor wat betreft de binding van de jeugd. Na deze verhoging zijn de tarieven voor deze omgeving en ook landelijk gezien zeer hoog. De heer Rutgers heeft gesproken over een sportnota. Hij meent dat spreekster het uitbrengen daarvan gisteren reeds had toegezegd, maar spreekster gelooft dat dat niet helemaal uit de verf is gekomen, want de heer Rutgers zei veel in één zin hij is daar nogal vlot mee en hij heeft spreekster gelukkig een nacht gelaten om er eens even over na te denken. Als de heer Rutgers een nota vraagt dan is spreeksters weder- vraag: „wat denkt u dat in die nota moet staan?" Spreekster is het met de heer Willemse eens dat beter eerst de landelijke sportnota kan worden afgewacht en dat dan bekeken wordt of er voor Heemstede nog speciale aanvullingen nodig zijn. Spreekster gelooft dat een landelijke nota veel nuttiger zal zijn dan een specifiek Heemsteedse nota. Spreekster kan de heer Rutgers nog wel mededelen dat intergemeentelijk hier wel het een j en ander aan is gedaan. Spreekster heeft b.v. rapporten voor zich liggen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten welke beknopte aante- keningen inhouden over de behoefte aan sportaccommodaties voor de licha- melijke oefeningen en andere sporten in Heemstede. Deze rapporten zijn van 1964 en 1965. Natuurlijk zouden zij wel eens een keer wat bijgewerkt moeten worden, maar het is toch wel zo dat men daaraan een zeer redelijke J richtlijn heeft. Spreekster is het eens met hen die menen dat het verantwoord is wan- neer de gemeente voor de sport een behoorlijk bedrag offert. Niet ver- geten mag worden dat door toeneming van de vrije tijd steeds meer jonge mensen behoefte gevoelen zich bij een of andere sportvereniging aan te sluiten. De sportverenigingen oefenen op het ogenblik de meeste aan- trekkingskracht op de jeugdigen uit. In het kader van de jeugdzorg is het heel belangrijk dat de jeugd ook de gelegenheid wordt geboden om sport

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 25