302 15 december 1967 te boefenen. In de eerste plaats is dat een gezonde besteding van de vrije tijd, waar spreekster als wethouder van de volksgezondheid sterk voor is, en in de tweede plaats wordt op die manier de jeugd op zeer verant- woorde wijze opgevangen. Spreekster meent dat men er oog voor moet hebben dat de bestuursleden van alle sportverenigingen die op onze sport- velden spelen, heel veel van hun vrije tijd geven om de jeugd te bege- leiden. Spreekster vindt het dan ook verantwoord dat de gemeente hieraan een zeer redelijk bedrag besteedt. In antwoord op de vraag van de heer Bomans zegt spreekster, dat met de aanleg van de tennisbanen al jaren geleden is begonnen. De ondergrond van de tennisbanen is goed zodat de banen gemakkelijk onderhouden kun- nen worden. De heer Rutgers constateert dat hier toch een iichte scheiding der gees- ten blijft, hoewel bepaald niet zo erg zwaar. Als de wethouder een hele peroratie houdt over het nut van het subsidiëren van de sport, dan is die peroratie op zichzelf heel mooi, maar zij vindt bij spreker geen enkele tegenspraak. Spreker heeft het tegendeel nooit gesteld. Natuurlijk moet de raad daar iets aan doen. Spreker meent dat de heer Willemse het doel ook een beetje voorbijschiet als hij spreekt over het punt, wie die sporten bedrijven. Daar is spreker het wel mee eens. Dat is allemaal aan het ver- anderen. Maar daarover heeft spreker het niet gehad. Hij heeft alleen vrij nuchter gezegd dat geprobeerd moet worden om de sportparken zodanig te exploiteren dat zij geen erg grote verliespost opleveren. Verder heeft spre- ker gesproken over het stimuleren van het jeugdwerk op allerlei gebied. Hij heeft daarbij helemaal niet de vraag betrokken wie die sporten bedrij- ven. Wanneer particulieren er in slagen hun tennisparken lonend te ex- ploiteren, moet ook de gemeente dat trachten te bereiken. En dan kan het best gebeuren dat op een gegeven moment een bepaalde investerine nodig is waardoor dat niet lukt. Spreker hoopt echter dat de wethouder er naar zal streven dat de onkosten niet al te veel opiopen. In principe moe- ten de tennisbanen lonend zijn te exploiteren. Het is helemaal geen punt van spreker geweest dat hij bepaalde groepen de tennissport niet zou gnnnen, maar wat mogelijk is in het particuliere bedrijf moet ook mogelijk zijn bij de gemeentelijke tennisbanen. Dât heeft spreker betoogd. Spreker heeft niet een zodanige haast met de door hem gevraagde nota dat de landelijke sportnota niet kan worden afgewacht. Spreker acht het onderwerp in zijn geheel genomen belangrijk genoeg om het aan de hand van een nota in de raad te bespreken. Spreker gelooft niet dat de raad kennis heeft genomen van de rapporten waarmee de wethouder thans zo heeft gezwaaid. Hij vraagt of de raad daarvan alsnog kennis kan nemen met het oog op de verdere behandeling van deze zaak. Wethouder mevr. Van der Meulen zal deze rapporten graag vôôr de vol- gende raadsvergadering ter inzage leggen. Spreekster wijst er op dat zij indertijd wel aan de raad ter kennis zijn gebracht, maar dat is al zoveel jaren geleden dat men zich dat misschien niet herinnert. Wanneer de heer Rutgers zegt dat spreekster moet trachten de sport niet duurder te maken dan nodig is, dan is spreekster dat volkomen met hem eens. Dat is ook het streven van zowel de Heemsteedse Sportstichting ais van burgemeester en wethouders. Spreekster kan mededelen dat b.v. de tarieven voor de huur van de sportvelden zijn verhoogd met 30% ter opzichte van de tarieven van 1964/65. De tarieven van de jachthaven zijr niet verhoogd omdat de stichting zich te bezwaard voelt over de ver- schrikkelijk slechte accommodatie van de jachthaven. Wanneer die accom- j modatie aan redelijke eisen beantwoordt zullen ook de tarieven voor de jachthaven worden opgetrokken. Het badhuis laat spreekster buiten be- schouwing omdat dit een zaak van volksgezondheid betreft. Met betrek-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1967 | | pagina 26