II
322
15 december 1967
De voorzitter zegt dat de heer Hupkes een vraag stelt die spreker niet
kan beantwoorden. Het college heeft in zijn antwoord meegedeeld, dat naar
zijn mening de overlast voor de inwoners als gevolg van het doorgaande
verkeer niet zal verminderen alvorens de weg Velsen tunnel-Schiphol
zal zijn aangelegd. Burgemeester en wethouders meenden dat zij konden
vermelden dat de aanleg van deze weg zal worden versneld. De heer Hupkes
zegt nu dat het wel 1972 zal worden. De heer Hupkes leest een stuk voor
dat burgemeester en wethouders onbekend was. Spreker kan daar niet
over oordelen. Zolang het tegendeel niet is gebleken moet spreker afgaan
op de informaties die burgemeester en wethouders hebben. Omdat de weg
Velsen tunnel-Schiphol buiten deze gemeente ligt kunnen burgemeester en
wethouders er niet zelf toe bijdragen, wel er op aandringen, dat de aanleg
van deze weg wordt versneld.
De heer Hupkes zegt dat zijn vraag was of burgemeester en wethouders
niet van mening zijn of, indien het aangehaalde persverslag juist is
dat zou dus eventueel gechequed kunnen worden, maar gezien de tekst
en de namen die er in genoemd worden zal het waarschijnlijk wel juist
zijn dit voor het gemeentebestuur geen aanleiding kan zijn om bij de
Rijkswaterstaat er met de meeste klem op aan te dringen dat de aanleg van
de weg Velsen tunnel-Schiphol versneld wordt, aangezien anders voor
Heemstede te vrezen is dat er een volkomen onmogelijke verkeerssituatie
ontstaat. Als men nu al ziet hoe gevaarlijk het is en hoeveel ongelukken
er komen doordat het doorgaande verkeer bij gebrek aan andere wegen
door Heemstede moet worden geleid, en daarbij de jaarlijkse groei van het
verkeer in het oog houdt, en daarbij tevens in aanmerking neemt dat vast-
gestelde data over het algemeen weer later worden, en eerst over 4 jaar
gedacht zal worden over de openstelling van die weg, dan gelooft spreker
dat het gemeentebestuur hierover bijzonder ongerust moet zijn.
De voorzitter zegt dat dat niet alleen voor Heemstede maar ook voor
andere gemeenten geldt. Spreker gelooft dat het beter is dit punt ter
sprake te brengen in de Kring van portefeuillehouders van de I.S.K., ten-
einde te komen tot het ondememen van gezamenlijke stappen om tot een
bespoediging van de aanleg van deze weg te komen.
De heer Hupkes gelooft dat burgemeester en wethouders van iedere mo-
gelijkheid die zich voordoet gebruik zullen moeten maken om de nodige
druk uit te oefenen. Dat zou spreker het college willen vragen.
De voorzitter kan dat toezeggen. Het college zal dit punt nog bespreken.
De heer Van der Hulst heeft het interview met de hoofdingenieur van
de Rijkswaterstaat naar aanleiding waarvan het betreffende verslag is
geschreven, gedeeltelijk voor de televisie gevolgd. Voor zover spreker
zich herinnert heeft de hoofdingenieur van de Rijkswaterstaat uitdrukke-
lijk gezegd dat met de aanleg van deze weg in 1968 zal worden begon-
nen. Het is natuurlijk wel mogelijk dat de totale aanleg 4 jaar zal vergen.
De heer Hupkes zegt dat inderdaad in 1968 met de aanleg van deze
weg zal worden aangevangen. Dat betreft dan een kunstwerk over zij-
kanaal C welk werk al vele jaren is uitgesteld. Eerst in 1969 zullen de
kunstwerken, nodig voor de kruising van de weg Haarlem-Amsterdam en
rijksweg 6, worden aanbesteed. Als kunstwerken op 3 4 niveau's in 1969
worden aanbesteed, is het wel aannemelijk dat de aanleg van bedoelde
weg niet veel eerder dan in 1972 klaar zal zijn. Maar bovendien gaat het
om het gezegde van de hoofdingenieur-directeur van de Rijkswaterstaat
dat, ook al zou deze weg klaar zijn, hij niet in gebruik wordt genomen
voordat het traject Schiphol-Muiden klaar is een en ander in verband
met de belangen van Amstelveen. Spreker wil natuurlijk ook graag een
lans breken voor Amstelveen, maar de raad zit hier om voor de belangen