29 februari 1968
46
De heer Bomans vraagt aantekening dat hij geaeht wil worden te hebben
tegengestemd.
X. RECHTSGEDING INZAKE ONDERHOUD "MEERZICHT"
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
26 Rechtsgeding inzake onderhoud "Meerzicht"
De voorzitter deelt mede dat de commissie voor openbare werken zich
hiermede kan verenigen.
Mevr. Vriesendorp gelooft dat het, om meer licht in deze zaak te krijgen,
inderdaad het beste is dat de kantonrechter hierin uitspraak doet. Spreek-
ster wil toch nog een paar opmerkingen maken. In de eerste alinea schrij-
ven burgemeester en wethouders, dat de huurster bij het college en bij ge-
deputeerde staten bezwaar heeft gemaakt tegen het plan tot restauratie
van het huis. Spreekster gelooft niet dat dit juist is. Daarom vindt zij het
jammer dat het er zo staat. De huurster heeft n.l. nooit bezwaar gemaakt
tegen de restauratie van het huis maar wei tegen de voorgenomen herinde-
ling. Deze is natuurlijk gekoppeld aan de gehele restauratie en dat kon niet
anders, maar zij heeft nooit bezwaar gemaakt tegen de eigenlijke restaura-
tie van het huis. De huurster zal toch niet maatregelen om het verval op
te heffen tegen hebben willen houden! Het gaat er om of de nu nodig
geachte werkzaamheden noodzakelijk zijn geworden door de vervallen toe-
stand van het huis en daarom niet als gewoon onderhoud kunnen worden
aangemerkt. Dit moet de rechter dan uitmaken. Burgemeester en wethou-
ders menen dat het onderhoudswerk betreft, dat voor rekening van de
huurster dient te komen, maar zij motiveren hun mening niet. Want waar-
uit blijkt dat de gebreken aan gangvloeren, kamervloeren, deuren, rookka-
naal, gasleiding e.d. niet een gevolg zijn van het verval van het huis? Wan-
neer dat het geval is vallen deze werkzaamheden onder reparatie van het
huis, waarvan de kosten ingevolge artikel 1609/10 van het B.Wdoor de ver-
huurder worden gedragen. De gemeente heeft dus de plicht deze kosten te
betalen en dan gaat het niet aan de huurster aan te bieden de heift daar-
van voor rekening van de gemeente te nemen.
De heer Smit heeft in de oproep van de kantonrechter gelezen dat er do-
mieilie wordt gekozen op de Ged. Oude Gracht in Heemstede. Spreker
meent dat dit niet juist is.
Wethouder Van Wijk antwoordt op de opmerking van mevr. Vriesendorp
dat mevr. Schwartz zich niet zou hebben verzet tegen de restauratie van
het huis, dat dit in zoverre onjuist is dat zij zich heeft verzet tegen de res-
tauratie zoals de gemeente die in overleg met Monumentenzorg voorstelde.
Toen heeft de huurster gedacht dat zij een keukentje erbij moest hebben,
een gang zus, een en ander geheel aan haar eigen huishouding aangepast.
Dat had met de restauratie niets te maken omdat daar de kwestie van
binnenmuren en dragende muren en al die dingen bij te pas kwamen, zodat
onmogelijk gerestaureerd kon worden wanneer voldaan werd aan de wen-
sen van mevr. Schwartz. Dat was het conflict op dat moment. Zij dacht
dus aan een plezierige indeling en aan dit en aan dat, dat huishoudelijk
wel goed was maar burgemeester en wethouders moesten denken aan her-
stel, het in oude toestand terugbrengen van dit monument. Er kan alleen
subsidie in de kosten van restauratie verkregen worden, niet wanneer een
huis wordt opgeknapt, want dan betaalt Monumentenzorg niet, maar wan-
neer een monument weer een monument wordt, hetgeen in hoofdzaak be-
tekent, teruggebracht naar de oude indeling zoals het huis destijds ge-
bouwd is. Däâr heeft de huurster zich wêl tegen verzet en daarom kon het
restauratieplan niet doorgaan.