121 25 april 1968
Sprekers fractie kan zich niet voorstelien dat tegen deze wiizierinef bezwaar
bestaat.
De ernstige bezwaren van sprekers fractie gaan echter tegen het ge-
stelde in de laatste twee alinea's van biz. 1 van het voorstel van burge-
meester en wethouders, waarin staat, dat, als na drie jaar het bestaansrecht
van het theater niet is aangetoond, de geldleningen moeten worden terug-
betaaid en als de exploitatie van het theater wordt voortgezet de mogelijk-
heid van terugbetaiing bestaat. Een wonderiijke gedachtengang.
Het aantai voorwaarden dat aan de subsidie verbonden is, is hierdoor
zö groot geworden, dat niet meer van subsidie kan worden gesproken.
Feitelijk komt het heie voorstei neer op een renteloos voorschot vaii
90.000, uit te betalen in 3 jaren, en terug te betaien na 3 jaren. Van
een werkelijke subsidie is geen sprake meer.
In feite betekent deze voorwaarde dat de heer Hoogeveen gedwongen
wordt het theater thans te verkopen, omdat het risico van voortzettlng
van de expioitatie veei te groot wordt. Dit subsidievoorstei betekent een
stimuians voor de verkoop van het theater.
Hoe kunnen burgemeester en wethouders denken dat het Minerva-
theater binnen drie jaar expioitabel te maken is met 30.000,subsidie
als zij twee maanden geleden nog dachten dat het met 60.000,onmoge-
lijk was Sprekers fractie meent dat de voorlaatste aiinea dan ook geheei
uit het voorstel dient te worden g*eschrapt.
Zijn fractie heeft er begrip voor dat burgemeester en wethouders wiilen
voorkomen dat het theater een zeer winstgevende zaak wordt, zonder dat
de offers door de gemeente gebracht, zouden terugkomen. Uit dien hoofde
1S .u &,estelde m de laatste aiinea van het voorstel van burgemeester en
wethouders begrijpelijk. Het is in het algemeen echter gewenst duide-
Ujk te formuleren, onder weike omstandigheden tot terugbetaiing moet
worden overgegaan. De bepaiing dat het hoe en of naderhand geregeld
moet worden is te vaag om reëel mee te kunnen werken.
Sprekers fractie heeft de overtuiging dat het huidige voorstei zoveel
moeüijke kanten beheist, dat het voor de heer Hoogeveen onmogelijk is
om het te accepteren. Het aannemen van dit voorstel betekent niet het
verstrekken van subsidie, maar het opheffen van het theater. Burgemeester
en wethouders hebben meermaien blijk gegeven de voortzetting van het
theater op prjjs te steilen. De heer Hoogeveen expioiteert het theater op een
wijze die zich m cultureel opzicht duidelijk onderscheidt van wat in het
merendeei van de Nederlandse bioscooptheaters wordt geboden. Onder de
moord- en sex-expiosies die ons iedere woensdag vanuit de krant op de bios-
cooppagina aangrijnzen, treft men het Minerva-theater als regei niet aan
Sprekers fractie acht een cultureel verantwoorde exploitatie van een bios-
coop dermate beiangnjk voor de geestelijke volksgezondheid, dat zij dit
graag wil ruilen voor een te brengen financieei offer
Zij kan zich echter niet voorstelien dat het idealisme van de heer Hooge-
veen zover zai gaan dat hij bereid is aisnog drie jaar zonder ondememers-
t^aien.^an^c^reen^is^een^grens'0' te
vooj^
Tn twÄo^1^ herzlen,Mocht dit niet het geval zijn dan zal spreker
tweede ronde een gewijzigd voorstei ter tafei brengen.
De heer Verkouw is het met de heer de Ruiter eens dat de aanhouding
h h n voorsfel van het coiiege dat in de raadsvergadering van februari
behandeld zou worden, in elk gevai dit voordeei heeft gehad, dat de raad
nu weef, dat burgemeester en wethouders de heer Hoogeveen een kans
wiiien geven om de expioitatie van het Minerva-theater voort te zetten