135
25 april 1968
uit zijn hart gesproken en met grote overtuiging, waarbij hij rustig het
oordeel aan de raad overlaat.
De heer van Ark kan het met de woorden van de heer Verkouw wel
eens zijn, maar de raad moet deze zaak wel reëel zakelijk blijven bekijken.
Als het inderdaad niet mogelijk is om binnen 3 jaar met een extra bedrag
van 30.000,tot een redelijke exploitatie te komen, dan zal Minerva moe-
ten verdwijnen. Wij kunnen wel cuitureel willen doen, maar wij moeten wel
reëel zakelijk blijven oordelen.
De heer Smit zegt dat de kwestie steeds in het culturele vlak wordt ge-
bracht maar dat niet vergeten moet worden dat het Minerva-theater door
de heer Hoogeveen is opgezet als een commerciële zaak. Spreker is reeds
akkoord gegaan met een subsidie van f 30.000,per jaar. Hij wil daar
voor de komende 3 jaar nog f 30.000,onder hypothecair verband bij-
doen.
De heer de Kuiter zegt dat het woord van de heer Verkouw hem en zijn
fractie diep uit het hart is gegrepen. Spreker heeft er weinig meer aan toe
te voegen dan alieen, dat hij de overtuiging heeft dat het voorstel van zijn
fraetie er alleen op gericht is, voorwaarden in het leven te roepen waarop
het voor de heer Hoogeveen mogelijk zal zijn door te gaan. Als zijn fractie
de indruk had dat het voorstel van de heer Willemse zekerheid genoeg
bood voor de exploitant om door te gaan, dan zou zijn fractie dat van harte
steunen. Omdat zij de overtuiging heeft dat dat niet het geval is, handhaaft
zij haar voorstel.
Wethouder Corver zegt dat hij, omdat hij niet graag het verwijt krijgt
dat hij niet is ingegaan op gemaakte opmerkingen, nog het volgende wil
zeggen. De heer Verkouw heeft gezegd, dat burgemeester en wethouders
geen enkel alternatief hebben en dat Heemstede nooit meer een bioscoop-
vergunning zou krijgen. Dat zijn beweringen waar spreker niet zo direct
ja op zegt. Het is helemaal niet uitgesloten dat op een of andere manier
spreker zegt dus helemaal niet dat het Minerva-theater binnenkort zal
verdwijnen, noch dat het theater ooit zal verdwijnen een alternatief zou
kunnen worden gevonden. Over een bioscoopvergunning behoeft op het
ogenblik niet gesproken te worden, want de toestand is nu eenmaal niet zo
dat die nodig is.
Spreker heeft dus gezegd dat de inkomsten van het Minerva-theater be-
staan uit: 90% bioscoopvoorstellingen en 10% werkelijk culturele mani-
festaties. Zaalhuur voor repetities e.d. brengt natuurlijk ook wat op, maar
dat kan moeilijk onder culturele manifestaties worden gerangschikt.
De heer Verkouw heeft nog de opmerking gemaakt dat Heemstede fi-
nancieel in een land van meik en honing leeft. Zö eenvoudig is het echter
°°k weer niet. Er moet een verantwoord en zakelijk beieid worden gevoerd
en spreker gelooft dat burgemeester en wethouders dat juist in dit geval
doen.
Wanneer de heer de Ruiter zegt, dat hij op dezelfde overwegingen als
de heer Verkouw het voorstel van zijn fractie handhaaft, dan wil spreker
zeggen dat hij er van overtuigd is dat beide sprekers, en beide fracties na-
tuurlijk, dat doen uit de meest welwillende overwegingen en uit geheel hun
hart. Burgemeester en wethouders zijn er integendeel van overtuigd, dat
de heer Hoogeveen geen dienst wordt bewezen met nog verder te gaan dan
burgemeester en wethouders thans voorstellen, aangevuld dan met de
amendementen van de heer Willemse. Spreker gelooft juist dat de heer
Hoogeveen nu een reëele kans wordt geboden het doel te bereiken dat hii
met verve en grote vasthoudendheid nastreeft.
De voorzitter brengt in stemming het volgende voorstel van de heer de
Ruiter c.s. „Indien na verloop van 3 jaar blijkt, dat de exploitatie niet kan