123
2e afd.
31 oktober 1968
GELDLENING N.V. BANK VOOR NEDERLANDSE GEMEENTEN
GROOT f 700.000,—
De Raad der gemeente Heemstede;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op de artikelen 170 en 228 der gemeentewet;
BESLUIT:
met de N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten te 's-Gravenhage, hierna
te noemen ,,geldgeefster", ten laste van de gemeente Heemstede, hierna te
noemen „geldneemster", een geldlening aan te gaan groot 700.000,
(zevenhonderdduizend gulden) tegen een koers van 100%, op te nemen
op 1 november 1968 en verder op de grondslag van de volgende bepalingen:
Artikel 1.
Geldneemster zal over het onafgeloste nominale bedrag der lening betalen
een tegen zes en drie/vierden ten honderd per jaar te berekenen rente, te
voldoen op 1 mei en 1 november van elk jaar, voor het eerst op 1 mei 1969.
Bij de berekening van de rente zal elke maand op 30 dagen en elk jaar op
360 dagen worden gesteld.
Artikel 2.
Geldneemster zal het bedrag der lening aflossen in 25 jaren en wel in de
jaren 1969 tot en met 1993 f 28.000,per jaar.
De aflossingstermijnen zullen worden voldaan op 1 november van elk jaar.
Artikel 3.
Algehele of gedeeltelijke extra-aflossing der lening zal tot 1 november 1978
zijn uitgesloten; met ingang van laatstgenoemde datum zal geldneemster
uitsluitend op de aflossingsverschijndagen extra mogen aflossen, doch
slechts tegen betaling van een vergoeding van één en een half ten hon-
derde van het extra af te lossen bedrag, indien de aflossing plaats vindt
vôör 1 november 1983, terwijl zulks gedurende de verdere looptijd der le-
ning slechts mogelijk zal zijn tegen betaling van een zodanige vergoeding,
berekend naar één ten honderd van het extra af te lossen bedrag.
Geldneemster zal van haar voomemen tot extra-aflossing der lening ten-
minste zes maanden tevoren aan geldgeefster schriftelijk kennis geven.
Deze kennisgeving is onherroepelijk en verplicht geldneemster op de ge-
stelde datum de extra-aflossing te doen.
De bedragen oVoreenkomstig dit artikel extra afgelost zullen gerekend
worden allereerst te zijn betaald in mindering van de laatste aflossings-
termijn, daama van de voorlaatste en zo vervolgens.
Artikel 4.
Onverminderd het bepaalde in artikel 9 zal geldneemster aan geldgeefster
een aandeel vergoeden ad van het nominale leningsbedrag in de
kosten verbonden aan de verkrijging van de fondsen, waaruit de onder-
havige geldlening door geldgeefstcr aan geldneemster wordt verstrekt.
Artikel 5.
Alle aan geldgeefster verschuldigde betalingen zullen geschieden te haren
kantore te 's-Gravenhage of bij een nader door geldgeefster aan te wijzen
betaaikantoor.
De betalingen zullen geschieden in Nederlands geld, zonder korting of
schuldvergelijking en zonder kosten voor geldgeefster.