144 2e afd. 13 december 1968 BEGROTINGEN 1969. Heemstede, 9 oktober 1968. Aan de Raad, Wij bieden Uw raad hierbij ter vaststelling; aan de begroting van inkoms- ten en uitgaven der gemeente voor het dienstjaar 1969, alsmede de begro- tingen van de bedrijven en diensten voor dat jaar. De gewone dienst der gemeente-begroting sluit in inkomsten en uitgaven met een bedrag van 27.486.916,11 (vorig jaar 25.357.474,81), waarvan f 11.325.800,19 (vorig jaar f 10.387.105,78) ten laste komt van het verreken- hoofdstuk. Voor onvoorziene uitgaven is in totaal een bedrag van 189.088,74 uitgetrokken, gespecificeerd als volgt: a. voor onvoorziene uitgaven ten laste van de gewone dienst 26.088,74 b. voor kapitaalsuitgaven van minder dan 5.000,welke in één jaar ten laste van de gewone dienst worden afge- schreven 50.000, c. voor rente en afschrijving op kapitaalsuitgaven van meer dan 5.000,— 113.000,— Met betrekking tot de raming op het onderdeel c wordt opgemerkt, dat bij het opmaken der begroting o.m. nog geen rekening kon worden gehou- den met de door Uw raad in de vergadering van 25 september j.l. beschik- baar gestelde kredieten voor resp. de bouw van een brandweergarage met 4 bovenwoningen en de aanleg van een voetpad langs een gedeelte van de Leidsevaartweg. Rekening houdende met een geraamde huuropbrengst van 6.000,per jaar voor de bedoelde woningen zullen deze kapitaalswerken de begroting voor 1969 wegens rente en afschrijving met bedragen van resp. 52.810 en 10.790 of in totaal 63.600 gaan belasten. Voor de berekening van het rentebedrag is hierbij uitgegaan van het in de begroting aangehouden rente-omslagpercentage (6). Wij ontveinzen ons niet, dat het na aftrek van genoemde 63.600 nog op de post onvoorziene uitgaven resterende bedrag in vergelijking met vorige begrotingsjaren bescheiden genoemd kan worden. Het verkrijgen van meer ruimte in de begroting zou alleen bereikt kunnen worden door een verder- gaande verhoging der plaatselijke belastingen dan thans door ons wordt voorgesteld. Er zijn twee redenen, die ons van het doen van daartoe strekkende voor- stellen aan Uw raad hebben doen afzien. In de eerste plaats achten wij het, nu op deze begroting de rente en af- schrijving drukken van enkele grote kapitaalswerken, waarvan de uitvoe- ring in het begrotingsjaar door de overspanning op de kapitaalmarkt on- zeker genoemd moet worden, geboden de op de inwoners drukkende lasten tot het strikt noodzakelijke te beperken. In de tweede plaats achten wij het minder gewenst na de indiening door de regering van een ontwerp van wet tot verruiming van het plaatselijk be- lastinggebied, op de inhoud waarvan wij hieronder nader terugkomen, nog andere wijzigingen dan de voorgestelde in de plaatselijke belastingheffing te entameren. Wij hebben ons dan ook in deze menen te moeten beperken tot een voor- stel tot verhoging der rechten voor het ophalen van huisvuil, welk voor- stel U afzonderlijk wordt aangeboden. Het vloeit voort uit de wijziging in het systeem van vuilverwijdering krachtens Uw besluit van 30 mei 1968 no. 67. Als gevolg van dit besluit is de raming der netto ten laste der ge-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1968 | | pagina 1